Sessie 1
Vrijdag 27 maart Na een ontmoeting op een zondagavond en twee weken wachten, had ik om 10.00 uur afgesproken voor een eerste sessie. Ik had de dagen echt afgeteld en er waren al een miljoen scenario’s door mijn hoofd gegaan, maar toch was mijn verwachting moeilijk te definiëren. Hoewel ik donderdag vol adrenaline en zenuwen in slaap was gevallen, werd ik vrijdag vrij moe en bijna chagrijnig wakker. Er blijkt voor de zoveelste keer dat ik geen ochtendmens ben. Ondanks dat ik ergens in mijn achterhoofd zin heb in de sessie, stond ik gapend onder de douche en moest ik echt even goed wakker worden. Tijdens het aankleden begon het goed te dagen. Ik had me aan kledingvoorschriften te houden en toen ik mijn panty aantrok zonder dat daar een slipje onder zat, moest ik even slikken. Ik checkte de spullen in mijn tas, keek nog een paar keer goed in de spiegel en ging met goede moed op pad. Die moed zakte me direct een beetje in m’n schoenen toen ik, met zware wind, een stuk moest fietsen. In een rok, zonder ondergoed. Ik heb nog nooit zo krampachtig een jurk vastgehouden tijdens het fietsen. Op dit punt vond ik het meer ongemakkelijk dan spannend. Ook op het perron nog een aantal verwoede pogingen gedaan om mijn jurk naar beneden te houden terwijl de wind aardig opstak, en eenmaal in de trein kon ik rustig zitten en even mijn aandacht ervan af trekken. Ik zette wat muziek op ter afleiding, maar het hielp weinig. Op zo’n moment zit je vol met adrenaline, spanning, angst en gedachtes. Er is geen woord om dat gevoel te beschrijven. Tegelijkertijd ben ik veel met m’n omgeving bezig: wie zit er allemaal in de trein? Waar gaan zij naartoe? Zouden ze van mij zich hetzelfde afvragen? Niemand in deze trein die ooit zal weten waar ik naar op weg was. Het klinkt misschien raar, maar ik werd erg opgewonden van die gedachte. Het is mijn geheim. Ik kwam aan op het station, wachtte op mijn overstap en moest daarna nog 10 minuten met de trein naar mijn eindstation. Ik zag je vanaf het perron door de ruiten al beneden bij je auto staan. M’n hart gaat ook direct met 300 slagen sneller kloppen. In de trein ben je nog op veilige afstand, maar als je dan toch echt in zicht bent komt het ineens veel dichterbij. Als we in de auto zitten vind ik het moeilijk om mezelf een houding te geven, en dat vind ik vervelend. Ik ben het niet van mezelf gewend dat ik dichtklap. Ik heb altijd het hoogste woord, weet altijd iets (grappigs) te zeggen en houd niet van ongemakkelijke conversaties of stiltes. Ook weet ik niet goed wat er nu precies verwacht wordt. Is dit nou eigenlijk al onderdeel van het spel? Ik gok erop dat we nog niet zover zijn en dus praten we over koetjes en kalfjes. De weg, de stad, je cv-ketel. Op het moment dat we je garage inrijden word ik me ineens heel bewust van de situatie. Ik zit in een auto. Met een eigenlijk nog vreemde man, van wie ik weinig weet. In een stad die ik niet ken. Niemand die weet waar ik ben. En straks lig ik over zijn knie, of over een tafel, of over weet ik wat voor voorwerp om me keihard op m’n billen te laten slaan. En ik schrik eigenlijk zo van de bizarre situatie dat ik het snel van me afschuif. Het is allemaal gewoon nog te nieuw voor me, neem ik mezelf voor. Ik moet er gewoon in mee gaan, en me niet concentreren op hoe vreemd of hoe bizar het is. Want het is precies wat ik wil, en ik ben te nieuwsgierig. We stappen je auto uit (ook hier weer groot bewustzijn van het feit dat ik geen slipje aan heb. Hoe stap ik nu in hemelsnaam gemakkelijk en soepel je auto uit?), lopen de trappen op en stappen je appartement binnen. Het is mooi, goed ingericht en ruim. Ik schrik direct van de doorschijnende gordijnen die je hebt hangen en ik vraag me meteen af of er misschien nog een rolgordijn is wat dicht kan. Vanuit je raam zie ik namelijk een aantal ramen en balkons op onze hoogte en je weet natuurlijk niet wie er net toevallig naar binnen gluurt. Jij besteedt geen aandacht aan de gordijnen en vraagt of ik wat wil drinken. Als we op de bank zitten, word ik ineens extreem ongeduldig. Misschien omdat ik het de hele tijd van me afschoof, en het nu zo binnen handbereik was. Ik kijk je nog eens goed aan, en probeer me voor te stellen hoe je er straks uit ziet en hoe je je straks gedraagt. Ik kan me er slecht een voorstelling bij maken, want je komt over als een hele normale, aardige jongen. Bijna te lief, zou ik zeggen. Ik kan me slecht beheersen en vraag wanneer we beginnen. Ik drink mijn glas in één keer leeg (nadat je me had gezegd dat ik eerst maar eens ‘rustig’ mijn water op moest drinken) en kan niet wachten. De zenuwen zijn er nog steeds, maar ze voelen heel goed. Ik weet niet of het kwam omdat je zag ik graag wilde starten, of omdat je het zelf bedacht had, maar we begonnen direct. Je zette me neer en begon met het aanleren van de strafposities. Nadat je nummer 1 en 2 had genoemd, had ik goede moed. Deze waren simpel, goed vol te houden. De zenuwen vielen op dat moment volledig van me af. Aan je stem, aan de omgeving, aan alles merkte ik dat ik het kon vertrouwen. Toen je bij positie nummer 3 kwam dacht: oh, zijn het er nog meer? En wat een rare positie is dit? Ik vroeg me af op welk moment in de sessie deze positie vereist zou zijn. Nummer 4 vond ik al direct vreselijk. Een ontzettend kwetsbare positie. Toen je me ook nog eens vertelde dat je ging controleren of ik me aan de kledingvoorschriften had gehouden en mijn jurk optilde, zakte ik echt door de grond. Je voelt je zo bekeken en naakt. Je hoopt ook dat het er een beetje netjes uitziet daar. Ik denk dat je daar als vrouw toch altijd een beetje mee bezig blijft. Of misschien heb ik dat gewoon. Ondanks de schaamte, voelde ik ook een kick door m’n lijf gaan. Een ontzettend lekker, onbekend, bijzonder gevoel. Bij nummer 5 en 6 was ik de andere 4 alweer volledig vergeten. Hoe ga ik dit überhaupt ooit onthouden? De overhoring doorstond ik alsnog goed. Alsof ik op de automatische piloot stond. Nu zijn we natuurlijk op het punt dat de sessie begint, maar om heel eerlijk te zijn kan ik me slecht herinneren hoe het begon. Ik lag op een gegeven moment over je knie, rok omhoog en panty omlaag. Je begon met je warming-up, en de eerste klappen waren niet onaardig. Het voelde zelfs helemaal goed. Ongelooflijk hoe je je ineens op je plek kan voelen, en denkt: Ja, dit is precies waar ik wil zijn. Al snel vond ik het vervelend dat ik niet kon zien wat er gebeurde, omdat mijn uitzicht een stuk vloer en een stuk bank was. Ik kwam omhoog. Blijkbaar was je hier niet van gediend want ik werd weer naar beneden geduwd. Toen je vroeg waarom ik zo bewoog, wist ik niet zo goed wat te zeggen. Het eerlijke antwoord had ontzettend stom geklonken, dus durfde ik niks te zeggen. Toen ik een extra harde tik kreeg, betekende dit dat ik mijn aanspreekvorm (Ja meneer nee meneer) was vergeten. Deze regel zat inderdaad nog niet goed in mijn systeem, dus daar moest ik goed op letten. Toen we hiermee klaar waren, liepen we naar de tafel met instrumenten. Hier schrok ik nogal van. Tot nu was het allemaal leuk en aardig geweest, maar deze zagen er allemaal ontzettend pijnlijk uit. Ik wist niet of ik dat allemaal zou doorstaan. Weer schieten er duizend scenario’s door je hoofd. Toen je vroeg welke me het meeste aansprak, zei ik maar de hand-paddle. Deze koos ik eigenlijk omdat hij er het minst pijnlijk uit zag. Ik moest op handen en knieën op de bank zitten. Het gevoel dat je achter me staat en alles van me kan zien, voelt vreselijk. Een straf bestaat dus niet alleen uit het voelen van de pijn.. Het is ook het gevoel van schaamte, en onderwerping. Het ergste was nog dat ik vreselijk opgewonden was. Daar beneden in ieder geval. En het moet je niet ontgaan zijn. Ik wilde dat dat ophield, maar ik kon het niet tegenhouden. De opgewondenheid was ook echt anders dan seksuele opwinding. Niet minder bevredigend, maar heel nieuw en bijzonder. De pijn van de paddle die ik gekozen had viel me reuze mee. Hierdoor viel de angst voor de pijn en instrumenten wat van me af. Ik ontspande me, genoot wat meer van het moment. Er zaten wel een paar hele gemene tikken tussen, en ik kan me niet stil houden. Het zit natuurlijk tussen m’n oren, maar ik krijg het idee dat de pijn wat minder erg is als ik er meteen een gilletje bij geef. Alsof de reactie zorgt voor directe opluchting. Ik ben sowieso iemand die graag en makkelijk zijn stem gebruikt, en vocaal is ingesteld, en het maakt het spel voor mij spannender door mijn stem te gebruiken. Zo’n stilte na zo’n klap vind ik maar niks. Na 30 te hebben gehad, komt de zweep. Ik had nooit gedacht dat ik zwepen interessant of leuk zou vinden (omdat zo’n zweep naar mijn smaak meer thuishoort in de BDSM) maar het instrument voelde lekker. Het gaf een mooi geluid, en deze pijn voelde prettig. Weer die vervelende opgewondenheid, en ik stond nog steeds in dezelfde positie. Toen je me vragen begon te stellen, pakte je mijn strafboekje erbij en legde deze op mijn rug om er vervolgens in te schrijven. Ik kreeg een ontzettende drang om te bewegen zodat dat ding ervanaf viel, maar de gevolgen daarvan wilde ik eigenlijk nog maar niet voelen dus ik deed het niet. Ook de flogger viel me reuze mee. Hij kon heel vervelend zijn omdat hij veel verschillende plekjes tegelijk raakte, maar ik hield goed vol. De positie waarin ik deze moest ontvangen vond ik eigenlijk het ergst (strafpositie nummer 6, en hier ga ik echt vet spierpijn van krijgen). Ik merkte dat ik de straf goed in ontvangst nam, ik had eigenlijk het meeste moeite met het luisteren naar jou. Door je dwingende stem had ik ontzettend zin om er tegenin te gaan. Dat is ook gewoon iets wat in me zit, ik ben blijkbaar niet het type sub dat heel gedwee en gehoorzaam haar straf ondergaat. Ondanks dat ik weet ik dat de straf verdien, vind ik de autoriteit vervelend. Je stelt veel vragen, en ik merk dat ik met tegenzin het antwoord geef. Misschien omdat ik gewoon niet wil erkennen dat je de macht over me hebt? En dat ik me schaam voor het biechten tegen je? Ik word me heel bewust van mijn studiegedrag en daar valt inderdaad veel van te zeggen. Nog vervelender vind ik het als je zachtjes in m’n billen knijpt. Ik weet nog steeds niet waarom je dat doet, maar het voelt bijna erger dan het slaan. Mijn strafboekje wordt ingevuld en ik moet tegen de muur gaan staan voor een pauze. Weer die eindeloze vragen. Mijn billen prikten vrij aangenaam. Ik evalueerde kort voor mezelf. Tot nu toe geen teleurstelling. Ik had het zelfs misschien wat harder verwacht. Of misschien kan ik gewoon heel veel hebben? Of zorgt de adrenaline ervoor dat de pijn verzacht wordt? Of misschien is dit pas allemaal het begin en moeten we nog anderhalf uur? Die hoek duurt me te lang. Ik ben ongeduldig, en vraag volgens mij zelfs nog of ik er ondertussen niet al uit mag. Natuurlijk weet ik ook wel dat ik dat niet zelf bepaal, maar toch denk ik nog steeds dat ik me er wel uit kan kletsen. Het volgende instrument deed me het meest zeer. Die dubbele strap is echt heel zwaar en geeft een heftige pijn die een groot oppervlak bekleed. Ik moet van mezelf een tandje bijzetten en probeer de pijn te verdragen. We eindigen met de broekriem over de knie. Mijn hoofd is helemaal leeg nu. Kan me ook weinig herinneren van die broekriem en hoe het verliep. Ineens stond ik in de hoek, met alleen nog een bh en hemdje aan. Ik had mijn knieën op een krukje en mijn handen tegen de muur. Je zei dat dit 10 minuten zou duren, en ik wist dat ze eindeloos lang zouden zijn. Door alle prikkels in de omgeving had ik alleen maar de neiging om te bewegen en om te zuchten. De pijn, jij die naar me kijkt, de huizen aan de overkant die ik door het raam kon zien (er stond een man op zijn balkon, zou die me kunnen zien nu??), en het feit dat ik tijd uit moest zitten die eeuwig leek te duren. En weer kwamen die vragen. Met alle tegenzin van de wereld gaf ik half antwoord. Ik wilde het liefst wrijven over mijn billen en met mijn knieën van die kruk af. En me aankleden. En toen de tien minuten eindelijk voorbij waren, mocht ik een knuffel komen halen en waren we klaar. Direct stap je weer in een soort nuchtere wereld. Je wordt je weer bewust van het licht in de kamer, van waar je bent, wat je aan het doen bent. Je stapt eigenlijk weer een beetje terug in het normale leven. Ik merkte dat ik echt weer even moest landen. Ik zette even al mijn gevoelens op een rijtje toen we aan het napraten waren. Ik kan me niet meer goed herinneren wat we allemaal gezegd hebben, maar ik vond het erg leuk. Of voor zover ‘leuk’ het goede woord is. Ik had er in ieder geval erg van genoten. We begonnen nog even over de subspace, en we waren het er allebei over eens dat ik die niet volledig had bereikt. Ik was me inderdaad nog te bewust van mijn omgeving, van de situatie, van mezelf en hoe ik erbij stond, en wat er allemaal gebeurde. Volledige overgave was het nog niet. Maar voor een eerste keer is dat ook meteen wat heftig, misschien. Je bent nog met teveel andere dingen bezig. Daarnaast was ik toch aangenaam verrast dat de pijn me alles meeviel. In m’n hoofd ging het van ‘niks aan de hand’ tot ‘schreeuwen gillen blauwe plekken’ en alle scenario’s ertussenin. Conclusie was dat ik dus best wat kon hebben, en daar was ik aardig trots op. Ik had alles goed doorstaan voor mijn idee, en volgens mij vond jij dat ook wel. We dronken nog wat geloof ik, en sloten het geheel af. Ik keek hoe laat m’n trein zou gaan. Eenmaal in de auto ging het zitten niet ongemakkelijk, maar voelde je nog een lichte gloeiende pijn. We kletsten nog wat over oppervlakkige dingen, en de sessie leek ineens al ver achter me. We namen afscheid bij het station en ik liep naar het perron. Ik haalde opgelucht adem, weet ik nog. Weer even alleen na alle hectiek en spanning. Ik had weinig tijd om over onze sessie na te denken in de trein. Meteen kreeg ik berichten binnen van vrienden, collega’s die me lastig vielen over werk en studiegenoten met wie ik samen wat projecten doe hadden ook nog wat vragen over onze opdrachten en dergelijke. Toch, eenmaal in de tweede trein richting huis, pakte ik mijn strafboekje erbij. Stiekem uiteraard, medereizigers hoefden niet mee te lezen. Ik las wat erin stond, en werd direct weer mee teruggenomen naar onze sessie van net een uur geleden. Het is ook erg confronterend. Mijn acties en de consequenties ervan staan zwart op wit, letterlijk op papier. Het besef dat de straf echt verdiend is, wordt groter. De hele treinreis staar ik wat loom naar buiten. Ik voel me helemaal ontspannen, en weet dat dit precies is wat ik wil.
|
|