Gepost op zaterdag 13 december 2014 - 10:37 pm: |
|
|
Met de billen bloot op een tropisch eiland: Deel IV en V
Een vervolg op Trouble in paradise
Deel IV | Lost and found Het scherm van de Nokia blijft zwart. Shit. Hoe laat zou het zijn? Met een zucht leunt ze achterover tegen de rots. Zou Rob weten dat ze weg is? Of is hij gewoon van de beachclub naar huis gegaan? Nee, hij heeft vast het hele dorp uitgekamd, zo is-ie wel. Ze glimlacht bij de gedachte. Misschien is hij haar nu aan het zoeken. In dat geval is hij ongerust, en waarschijnlijk ook heel boos en teleurgesteld. In haar. Ze schudt die laatste gedachte van zich af. Ze moet proberen te slapen. Als ze dan wakker wordt is het licht. En dan gaat ze weer lopen. Ze schrikt van het geluid van een motor in de verte. Ze spitst haar oren. Ja, het is een auto. Het geluid komt dichterbij. Twee koplampen schijnen een vaag licht in de duisternis. Ze twijfelt. Moet ze de aandacht trekken? Wat als ze teruggekomen zijn, dit keer met wapens, of met meer mannen? Ze heeft geen idee waar die jongens toe in staat zijn. Ze hoort hoe de auto vaart mindert en tot stilstand komt. Portieren slaan dicht. Mannenstemmen. Op handen en voeten kruipt ze achter de rots en gaat plat op haar buik liggen. * “Hier naar rechts.” Rob volgt de aanwijzing van Eddy op en stuurt de Jeep het donkere onverharde pad op. De koplampen schijnen een fel licht op het droge struikgewas en de cactussen in het desolate gebied. Hebben ze haar serieus hier achtergelaten? Hij bedwingt voor de zoveelste keer de neiging om Eddy de huid vol te schelden, om zijn kaakgewricht te breken. Hij zal hem nodig hebben straks. Eddy houdt zijn hand op ten teken dat Rob vaart moet minderen. “Hier, ...hier was het geloof ik. Ja, ik weet het zeker.” “Hoe weet je dat zo zeker?” Rob ziet geen enkel verschil met het stuk van vijf minuten geleden. Hij is nooit zo'n outback-type geweest. Voor hem ziet elke cactus er hetzelfde uit. “Ik weet het gewoon, geloof me. Ik ken dit gebied.” Eddy is al uitgestapt. Met zijn handen in zijn zij tuurt Rob de donkere verte in. Hij denkt na. Of Eddy liegt, maar dat betwijfelt hij. De jongen bood zelf aan om Rob naar de plek toe te brengen. Hij kan zich natuurlijk wel vergissen, maar hij lijkt zeker van zijn zaak. Of Lisa is gaan lopen. Dat zou niet slim van haar zijn, maar wel begrijpelijk gezien de situatie. Ze is waarschijnlijk bang dat de jongens terug komen, hoopt ergens wat bewoonde wereld te vinden. Misschien verschuilt ze zich. Heel ver kan ze niet zijn. Rob pakt zijn zaklamp uit het handschoenenvak. “Nou, als je het echt zeker weet... Het meest waarschijnlijke is dat ze is teruggelopen naar waar jullie vandaan kwamen.” Hij verlicht het pad en de twee beginnen te lopen. * “Lisa! Liiisaaa!” Haar hart maakt een sprongetje. Die stem... Het is Rob! Nog één keer luistert ze heel goed. Ze moet het zeker weten. “Liiisaaa! Lisa!” Lisa springt overeind. “Ja! Ja, Rob! Rob, ik ben hier! Hier!” Haar stem slaat over van emoties. Hij klonk nog ver weg, maar ze is niet meer alleen. Het komt goed. Alles komt goed. “Godzijdank... God-zij-dank! Blijf waar je bent, lieverd. Ik kom naar je toe. Heb je een lichtje dat je kunt schijnen?” “Nee...” “Maakt niet uit. Blijf tegen me praten, ik vind je wel. Ben je in orde?” “Ja, ik ben ok... ik, ik, het spijt me zo, ik weet niet wat me bezielde. Die jongens kwamen, ze waren..." Ze ratelt door, een onsamenhangend verhaal, maar het geeft Rob de gelegenheid om haar locatie te achterhalen. "Ze wilden... Ik heb 'm geschopt, ze zeiden dat ik problemen gaf en dat ze... Ooh Rob, ik had gewoon naar je moeten luisteren...” Zijn maag krimpt ineen als hij haar ziet zitten. Ze knippert tegen het felle licht van de zaklamp. Haar knieën zijn geschaafd. Op een strandjurkje en een enkele kapotte slipper na draagt ze niets. Haar haar zit vol zand en klitten. Hij knielt bij haar neer en houdt haar schokkende lichaam zo stevig vast dat hij bang is dat ze breken zal. Ze huilt nu onbedaarlijk. “Het is goed, meisje, ik ben bij je. Je bent veilig.” Rob helpt Lisa overeind en geeft de autosleutel aan Eddy. “Jij rijdt. Mijn huis.” Eddy knikt. Zijn blik rust op Lisa, een mengeling van ongemak en medelijden. Hij opent zijn mond om iets tegen haar te zeggen, maar bedenkt zich bij het zien van de dreigende blik van Rob. “Goed, al goed. Ik rijd de auto een stukje dichterbij. Houd de zaklamp aan.” De auto zet koers naar huis. Het einde is nog lang niet in zicht, weet Rob. Die jongens komen hier niet mee weg, ook al heeft Eddy het nadien goed willen maken. Hij kijkt naar Lisa die op zijn borst in een diepe slaap is gevallen. Onvoorstelbaar opgelucht is hij, dat hij haar gevonden heeft. Dat ze ongedeerd is. Onvoorstelbaar boos ook. Hoe haalde ze het in haar hoofd om zomaar bij die gasten in de auto te stappen? Hij moet er niet aan denken wat er nog meer had kunnen gebeuren. Zijn boosheid moet wachten. Ze moet rusten nu. Maar daarna gaan ze praten. Serieus praten.
Deel V | Lisa's keuze Echte straf, had hij het genoemd. Echte straf. Nou ja, hoe erg kon het zijn? "Onderschat het niet, Lisa", reageerde hij resoluut op haar onuitgesproken gedachten. "Het zal de zwaarste straf worden die je ooit gekregen hebt. Misschien wel de zwaarste straf die je ooit zult gaan krijgen ook." Zijn woorden hadden haar een rilling bezorgd. Ze had gewacht op een geruststellend woord, een tedere aanraking, een opmerking waarmee Rob zijn angstaanjagende belofte wat zou nuanceren. In plaats daarvan pakte hij zijn autosleutels van de eettafel en liep naar de voordeur. “De keuze is aan jou, Lisa.” Met een klap gooide hij de deur dicht. Een uur later zit Lisa nog steeds aan de eettafel. Ze kan niet helder meer nadenken. Ze heeft frisse lucht nodig. Met een snelle beweging grist ze haar tas van de kapstok en stapt de zinderende middagzon in. * (Wat vooraf ging...) Ze voelt het aan alles. Het zit niet goed tussen Rob en haar. Niet dat hij niet goed voor haar zorgt. Integendeel. Toen ze de dag na het hele drama wakker werd (ze had dertien uur aan een stuk geslapen!) zat hij aan haar bed met sinaasappelsap en boterhammen. Hij was bij haar appartement langsgegaan om kleding en toiletspullen op te halen, stond erop dat ze de komende dagen bij hem zou logeren. Hij had zelfs een dokter laten komen om haar helemaal te laten checken. Rob wilde het hele verhaal horen. Tot in precisie. Nee, ze was niet verkracht, had ze hem verteld. Hij had het haar nogmaals gevraagd, haar hoofd in zijn handen genomen en haar diep in de ogen gekeken. Gezegd dat ze hem alles kon vertellen, dat hij het wilde weten als er nog meer gebeurd was. Ze had haar woorden herhaald. Hij geloofde haar. Wat Lisa betreft is alles terug bij het oude. Gebeurd is gebeurd, zo staat ze in het leven. Gelukkig is het allemaal weer goed afgelopen. Maar met elke blik, elk woord, voelt ze de afstand tussen hen. Soms wil ze erover beginnen, maar iets houdt haar tegen. Rob doet zo koeltjes, kortaf... Met natte haren van het douchen loopt ze de keuken in. Rob schenkt aan het aanrecht een kop koffie in. “Jij ook?”, vraagt hij zonder op te kijken. “Ja, lekker.” Lisa neemt plaats aan de grote eettafel. Ze moet het er maar gelijk op wagen. “Rob? Kunnen we alsjeblieft even praten?” Ze schrikt van de harde gezichtsuitdrukking als hij zich omdraait en haar recht aankijkt. Een tijdlang staart hij haar aan zonder iets te zeggen. “Waar moeten wij nu nog over praten, Lisa?” De moed zakt haar in de schoenen en ze voelt de eerste tranen alweer opwellen. Ze kan er niet tegen als hij zo doet. Zo koud en afstandelijk. Het liefst zou ze zich in een bolletje willen krullen en terug onder het dekbed kruipen. In gedachten spreekt ze zichzelf vermanend toe. “Over wat er gebeurd is. Het is allemaal zo uit de hand gelopen en dat is voor een groot deel mijn schuld.” Haar blik rust op het tafelblad. “En ik ben je echt heel erg dankbaar voor alles dat je gedaan hebt. En nog steeds voor me doet.” Ze kijkt voorzichtig op naar Rob die haar nog steeds onbewogen aankijkt. “Sorry, ik weet dat je boos op me bent en dat ik je teleurgesteld heb. Ik had gewoon naar je opdracht moeten luisteren. Het spijt me.” Zo, dat is eruit. En het klonk helemaal niet slecht, toch? Rob lacht schamper. Met een harde klap zet hij de twee koffiemokken op tafel. Koffie spettert over de rand. “O nee, Lisa. Ik ben niet boos op je. Nee. Ik ben ontiegelijk boos op je. En teleurgesteld? O meisje, je hebt werkelijk geen idee.” Met zijn wijsvinger hamert hij op het tafelblad om zijn woorden kracht bij te zetten. “Maar als jij denkt dat ik boos en teleurgesteld ben omdat je niet naar mijn opdracht geluisterd hebt, dan zit je er fa-lie-kant naast.” De tranen stromen nu over haar wangen. Fuck. Boos veegt ze ze weg. Ze wil niet huilen. Rob neemt plaats op de stoel tegenover haar. Zijn blik is ongekend hard. “Je bent een stronteigenwijs stuk vreten. Je bent impulsief en opstandig. Dat wist ik allemaal toen we hieraan begonnen. Maar dat je zo, zó ontzettend onzorgvuldig met jezelf en je leven omspringt, dat shockeert me. En dat maakt me intens verdrietig, want ik geef om je.” “Ik kon toch ook niet weten wat die gasten van plan waren”, zegt Lisa nu door haar tranen heen. “En trouwens, die Gregor kende ik wel, die had ik ontmoet die keer bij...” “Pardon?! Ga je het nu ook nog goed zitten praten? Haal het niet in je hoofd, jongedame! Het is godzijdank goed afgelopen, maar die gasten hadden je kunnen verkrachten, Lisa. Vermoorden. Realiseer jij je dat? Heb jij enig idee hoe bezorgd ik was?" Lisa weet dat ze deze donderpreek over zich heen moet laten komen. Rob heeft natuurlijk gelijk. Het was dom en naïef om bij die jongens in de auto te stappen. Maar ze was ook gewoon boos geweest op Rob. Hij doet de laatste tijd afstandelijk tegen haar, maar bemoeit zich nog wel met alles dat ze doet en laat. Legt haar te pas en te onpas over zijn knie. Ze wilde hem laten zien dat ze daar niet van gediend is. Dat ze niemand nodig heeft. Maar de waarheid is dat ze hem wel nodig heeft. Zijn steun, zijn vriendschap én zijn harde hand. Zijn afstandelijke houding doet pijn. "Zo vaak hebben we gepraat over jouw roekeloze gedrag, wat daar de consequenties van kunnen zijn. Ontelbaar vaak heb ik je daar voor gestraft." Rob staat op. "En de eerste de beste keer dat mevrouwtje Lisa boos en ontevreden is met hoe de dingen gaan, stapt ze in de auto bij twee kerels die ze nauwelijks kent. Daarmee heb je jezelf in groot gevaar gebracht. Want daar gaat dit allemaal om, Lisa. Zorgen voor jezelf. Zuinig zijn op jezelf." Zijn woorden komen hard binnen. Lisa heeft haar hoofd in haar handen gelegd en staart naar het tafelblad. Goddank verlangt Rob niet dat ze hem aankijkt. Dat zou teveel zijn... Rob heft zijn handen in de lucht. “Ik weet serieus niet meer wat ik met je aan moet. Ik heb mijn uiterste best gedaan, met dit als resultaat. Is het dan echt allemaal voor niets geweest? Heb je echt helemaal niets geleerd?" "Nee Rob, zeg dat nou niet..." Rob schudt spijtig zijn hoofd. “Misschien is het tijd dat we hiermee stoppen, Lisa. Twee dikke maanden ben ik nu met je bezig. Ik had gehoopt dat ik je wat bij zou kunnen brengen, je wat sturing kon bieden, maar blijkbaar dring ik niet voldoende tot je door.” “Jawel, je dringt wel tot me door, Rob. Echt.” Een plotseling paniekgevoel maakt zich van Lisa meester. Zou Rob haar echt opgeven? Heeft ze hem zo teleurgesteld? Rob loopt al weg. “Wat ga je doen?” “Ik ga douchen. Drink je koffie op en eet wat. We praten zo verder. Ik moet even nadenken.” De koffie staat onaangeroerd op tafel als Rob weer in de keuken verschijnt. Lisa wil haar mond opendoen voor een volgende spijtbetuiging, maar bedenkt zich bij het zien van Rob's blik. Hij pakt een stoel en neemt plaats vlak voor haar. "Luister naar me, Lisa. En luister goed.” Nu kijkt ze hem wel aan. “Ik geef om je. Je gaat me zeer aan het hart en ik voel me verantwoordelijk voor je." Hij pauzeert even. "Maar ik kan hier alleen mee doorgaan als ik merk dat het een zeker effect op je heeft. En op dit moment zie ik nog maar één manier..." Lisa opent haar mond om wat te zeggen, maar Rob heft zijn hand op ten teken dat hij nog niet uitgesproken is. “Ik geef je een keuze, Lisa. Maak 'm zorgvuldig. Keuze één: je meldt je vanmiddag om 15.00 uur in mijn werkkamer. Ik zal je straffen voor je roekeloze gedrag. Echte straf. Het zal de zwaarste straf worden die je ooit gekregen hebt. Misschien wel de zwaarste straf die je ooit zult gaan krijgen ook. Geheid dat ik tot je doordring en ervoor ga zorgen dat jij de les van je leven leert.” Lisa slikt. “En keuze twee?” “Ik trek mijn handen van je af.” Rob pakt zijn autosleutels van de eettafel en loopt naar de voordeur. “De keuze is aan jou, Lisa.” Met een klap gooit hij de deur dicht. * De frisse lucht doet haar goed. Ze is naar het strand gereden en zit op de pier met uitzicht op de vuurtoren. Dit is haar plekje op het eiland. Hier komt verder niemand. Ze zit hier graag als ze even alleen wil zijn, tijd nodig heeft om na te denken. Ze gooit een handjevol steentjes van zich af en kijkt hoe ze stuk voor stuk het water in plonzen. Rob begrijpt het niet. Ze is heus wel geschrokken van wat er gebeurd is, en natuurlijk weet ze dat het slechter had kunnen aflopen. Maar ze vergeet dingen nu eenmaal snel. Vandaag is vandaag, zeg maar. Ach, onzin natuurlijk. Rob begrijpt het prima. Begrijpt zij het ook, dat is de echte vraag. Stel je voor dat haar ouders een belletje hadden gekregen: "Het spijt ons, we hebben vannacht het levenloze lichaam van uw dochter gevonden." Tranen wellen op bij de gedachte alleen al. Maar waarom geeft Rob haar die keuze? Is de straf die hij voor haar in petto heeft dusdanig zwaar dat hij het nodig vond om een escape te bieden? Of ziet hij het echt niet meer zitten met haar? Is dit dan haar laatste kans? De zijne? Die van hun? Hij heeft oneindig veel tijd en energie in haar gestoken. En daar is ze hem ook oneindig dankbaar voor, al laat ze dat niet vaak blijken. Hij is de enige persoon op het eiland die haar ziet. Echt ziet. Voorbij de façade en voorbij de grote mond, ziet hij het meisje dat zoekt naar sturing en geborgenheid. Ze wil Rob niet kwijt. Ze heeft haar keuze gemaakt. Iets voor drieën parkeert ze de auto op de oprit. Met ingehouden tred loopt ze de trap op. Voor de deur van Rob's werkkamer blijft ze staan. Echte straf. De zwaarste die ze ooit gekregen heeft. Nou ja, hoe erg kan het zijn? Ze haalt diep adem, recht haar rug en klopt op de deur. (Volgende week het vervolg!)
What you need is a big strong hand To lift you to your higher ground
|
|
|