home
spankingforum.nl
smverhalen.nl
Spanking & Sm Forum

Forum:
Welkom
SpankingForum
SM Verhalen
Spanking Verhalen
Overzicht & Uitleg

Zoek op:
verhalen om mee te beginnen   om mee te beginnen
Goud! prachtige en milde verhalen, eerste keus van de Beheerder  prachtig en mild
Verhalen met heel bijzonders volgens de Beheerder - glij over het pictogram om te weten wat    bijzonder
  spanking verhalen
verhaal pictogram
schrijversnaam
uitgebreid zoeken

Nieuw:
Afgelopen Week
Afgelopen 2 Weken
Afgelopen Maand

Handig:
Aanmelden
Log In
Log Uit
Wijzig Profiel
Site-etiquette
FAQ: veelgestelde vragen

Aanbevolen:
Erobird Boekenwinkel

sm & spanking verhalen & forum

Welkom
Forum
Verhalen
Spanking
Verhalen
  Verhalen
Zoeken
Boekwinkel
Aanmelden
Log In  Log Uit
Spanking Forum » Verhalen Forum » verhalen van subjackt » De vlucht » Kennis is macht, wee de machteloze met kennis
« Vorig verhaal Volgend verhaal »

 

Een verhaal van:  
subjackt


  Bevlogen lid


Beoordeling: 

Vind je dit verhaal erg goed
of juist niet
geef dan hier je waardering:
 (Waardeer!)
Aantal waarderingen tot nu toe: 1

Gepost op zondag 16 maart 2014 - 12:09 pm:       


Kennis is macht, wee de machteloze met kennis


De Vlucht deel 17 Waarin Sandra door het uithoren van een bewaker meer komt te weten dan goed voor haar is




Vandaag geen dagverblijf. Van spanning en frustratie kon ik nauwelijks eten. Van kwaadheid trok ik gezichten naar de camera, de camera die toekeek of ik wel at. Voor de vorm kreeg ik uiteindelijk een boterham met kaas en een glas melk weg. Na het eten kreeg ik een preek van de bewaker die de camera terug kwam halen, Mandril. Hij dreigde, dat als ik morgen weer zo belabberd zou ontbijten, er dan een slang in mijn mond zou komen, waardoorheen me een voedzaam papje toegediend zou worden. Ik luisterde geringschattend, verveeld bijna. Iets in zijn houding vertelde me, dat hij zijn preek niet voor het eerst afstak. Ik besloot om maar weer eens hoog spel te spelen. Ik voelde me vreemd roekeloos.
"Dan zul je het morgen druk hebben met die slang van jou. Ik denk dat zeker 20 meisjes vandaag slecht hebben ontbeten."
Hij verwaardigde zich niet om op mijn opmerking te beantwoorden.
"Je rapporteert toch wel aan Höberger dat de meisjes vandaag geen hap door hun keel kregen?"
"Hou je mond, of ik rapporteer dat jij je vandaag uiterst onbeschoft hebt gedragen."
Hij begon kwaad te worden. Mandril, één van de zombies die nooit emoties toonde. Tjonge, jonge!
"Hoe heb jij gestemd? Was je voor of tegen het sluiten van het dagverblijf?"
Hij draaide zich zo snel om, dat de camera bijna uit zijn handen viel.
"Hoe weet je..." Mijn lachje deed hem zwijgen.
"Oh, van Höby. Ik was gisteren bij hem. Voor een vluggertje in de bureaustoel. Hij hoort mijn stem zo graag, zei hij."
"Hij heeft je niks verteld," zei Mandril toen, met zijn gebruikelijke nietszeggende gezicht.
"Ik rapporteer alles," zei hij bij de deur, en even zag ik een minuscuul, raadselachtig glimlachje. Zinspeelde hij erop, dat hij mijn grote mond wel even zou wreken, of zinspeelde hij erop dat er vandaag een nieuwe stafvergadering zou komen, waarin Höberger nog meer moeite zou hebben om zijn zin door te drukken?

De rest van de dag besteedde ik aan het steeds weer afluisteren van Karins bandje, tussen het zitten aan mijn bureau door, kauwend op mijn pen, niet wetend wat ik op zou moeten schrijven. Welke theorie voor Karins gedrag schrijf ik op?
Hoofdpijn. Vroeger lustgevoelens. Een grens. Een ander, die doodging aan lust. Wie? Over die grens, dat prikkeldraad en die veldtorens? Wat voor grens? De corridor van elektriciteitsdraden? Is ze gevlucht of vrijgelaten, of wat dan ook? Is het Rosan, dat meisje boven, de zogenaamde dochter van Höberger, die me die cola met dat schijfje citroen bracht, waardoor ik in slaap viel en klaargemaakt kon worden voor een verschrikkelijk ontwaken.
Is Rosan wellicht Höbergers maitresse, in plaats van zijn dochter? Is ze hier beneden geweest, en is ze, toen ze bleek over te lopen van lustgevoelens, overgelopen naar boven om daar een luxe leventje te leiden in de armen van haar baas. Het zou kunnen. Maar waarom noemde Karin het doodgaan?
We hebben ook nog Esther Kriele, mijn dubbelgangster. Ook zij is hier geweest. Dat heeft Höberger me zelf vertelt, nadat hij me een schok gaf omdat ik ja zei op de vraag of ik Esther Kriele was. Veertien maanden geleden was ze plotseling van de straat weggeplukt, tijdens een fietstochtje. Nu is ze er niet. Is zij dan de dode? Was zij het meisje, dat vanwege lustgevoelens moest sterven? Een fantastische theorie laat mijn hand waarin de pen beweegt trillen. Nee. Ik heb teveel fantasie. Zoiets kan niet waar zijn.
Toch is Karin het enige meisje hier dat wel wat op me lijkt, en dus lijkt ze waarschijnlijk ook op Esther Kriele. Als ik mijn ogen sluit, in een poging om dat kleine wazige zwart-wit fotootje voor mijn geest te halen, dan zie ik Karin niet. Maar wat zegt die foto, die ik me sowieso maar half en fragmentarisch kan herinneren. Stel dat het waar is, stel dat Karin Esther Kriele is? Dan is die zij, die ander waarover Karin het had, dus eigenlijk Karin zelf, de vroegere Karin die lustgevoelens had, tot ze ontdekte hoe de knop om te draaien was. Haar blonde haar bewijst niets. Kleurspoelingen zijn hier schering en inslag. Karin met rood haar? Krijg je dan Esther Kriele? En zo ja, waarom heet Karin dan Karin? Die hoofdpijn, krijg je van een hersenspoeling hoofdpijn? Ik weet het niet, maar een hersenspoeling verklaart misschien dat raadselachtige gepraat over die grens, waar ze niet overheen kan, die grens waarachter ze Esther Kriele is, die vanwege lustgevoelens uit Huize Zoetedroom moest verdwijnen. Maar waarom? Lustgevoelens zijn prima voor de prijs. En de prijs is alles. Nee, de theorie is onzin. Het is onzin dat Esther Kriele moest verdwijnen, omdat ze teveel genoot. Als het andersom was, dat ze moest verdwijnen omdat ze nooit een fractie van een seconde genoot, dan zou het te geloven zijn geweest. Maar nu kan het niet.
De enige manier om iets te weten te komen over Esther Kriele, is een bandje aan Lidwien geven, want die zit hier zeventien maanden, en die moet haar gekend hebben. Karin zit hier dertien maanden, één maand korter dan Esther. Petra zit hier te kort.
Maar de bandjes, die zijn geschiedenis. We zijn alleen nu, alleen met onze fantastische theorieën en onze dromen, die langzaam moedelozer gaan worden. Maar het dagverblijf zal weer geopend worden, ik voel en weet zeker dat Höberger die maatregel tot sluiting heeft genomen, terwijl er een sterke oppositie van de bewaking was. Wacht maar tot ze de cijfers, de prijzen, te zien krijgen. Ik weet zeker dat die prijzen dalen.

De televisie staat aan, maar ik voel me verre van jofel. Ik word heen en weer geslingerd tussen twee gevoelens. Aan de ene kant voel ik een dodelijke onrust, een nerveuze spanning, alsof er elk moment iets kan gebeuren. Het is niet het zoveelste afspraakje. Het is iets belangrijkers wat ik voel aankomen, wat ik lijk te ruiken. Aan de andere kant lijkt alles voorbij te zijn. Met de sluiting van het dagverblijf is ook de mogelijkheid verdwenen om elkaar cassettebandjes te geven. Als we elkaar nooit meer te zien krijgen, dan is alles over. De prijzen zullen dalen en de inkomsten van Huize Zoetedroom ook, want alles zal veel gruwelijker lijken omdat we zo verschrikkelijk eenzaam zijn. Het idee dat ik niet meer met Karin kan tafeltennissen en kletsen, knijpt me mijn keel dicht. Het idee dat ik nooit meer een kans zal krijgen om met Lidwien over Esther Kriele te praten, laat me stampvoeten van machteloze woede. Stel dat het dagverblijf inderdaad gesloten blijft. Ik hou het hier geen jaar meer uit als ze me dat aandoen.
Plotseling schrok ik op van een duidelijke, onmiskenbare gil op de gang. Een meisje, geen twijfel mogelijk. Ik reageerde razendsnel, en toen ik met mijn oren tegen het metaal van de grendels stond, hoorde ik geschuifel. Ik hoorde een tik, van een klap, gevolgd door een gesmoorde kreet. "Lopen," hoorde ik een mannenstem kortaf bevelen. Het meisje begon te gillen en te schreeuwen, maar de bewaker pakte haar vast om haar met zich mee te trekken. Het meisje leek Ina te zijn geweest, een lid van de LaatsteBenengroep. Ik weet het niet zeker. Waarom werd ze voortgetrokken door de gang? Was ze ongehoorzaam tegen een meester, of is ze hysterisch geworden in haar cel omdat ze weet dat ze er nooit meer uit mag. Of heeft ze haar grens bereikt? De grens die sowieso al dichtbij was, zodat Höberger zal zeggen dat ze ook met een dagverblijf verloren was geweest. Heeft ze soms haar grens bereikt?
Ik hoop dat ze hysterisch is geworden. Het is niet leuk, maar het is beter dan dat ze haar grens bereikt heeft. Sorry Ina, maar ik kan het best gebruiken dat je hysterisch wordt in je cel. Anders word ik het binnenkort.

Ik lag weer op die tafel, in dezelfde houding als de eerste keer, in het zelfde blauwe licht. Ik wachtte op "De Schim", de onzichtbare man met de onzichtbare handen. Ik lag alleen teveel aan andere dingen te denken dan aan onzichtbare mannen met onzichtbare handen. Ik stelde mezelf alle vragen van de afgelopen paar dagen opnieuw, tot ik doodmoe was van mijn gepeins.
Het zweet stond op mijn voorhoofd toen ik hem eindelijk, nog mijlenver van de tafel, over de betonnen vloer hoorde lopen. Ook nu kleedde hij zich ver van de tafel uit. Ook nu zei hij niets toen hij zich tussen mijn knieën nestelde. Mijn lichaam veerde op toen ik zijn hand voor het eerst voelde, en achter mijn blinddoek prikten tranen van onmacht, want ik wilde niet en ik kon niet. Vanavond niet schat, ik heb hoofdpijn. Ik rukte aan de touwen en ik wist dat ik wel moest. Ditmaal zou hij geen plezier aan me bevelen, bedacht ik, en als een pop lag ik op de tafel. Zijn handen streelden me: mijn dijen, mijn buik, mijn borsten en mijn hals. Zijn handen deden me niets maar ze bleven me maar strelen, eindeloos lang. Hij wilde niet opschieten. De seconden verstreken, maar ik wist dat het seconden waren die niet meetelden. Pas als ik onder zijn handen zou kronkelen, dan zou hij opschieten. En dus begon ik te kreunen. Ik rolde mijn hoofd heen en weer en ik liet mijn heupen schuiven en draaien. Het hielp. Ik vergat mijn vragen en mijn moeheid, mijn gebrek aan zin. Mijn lichaam werd warmer, tot ik onderhuids gloeide, tot het onderhuids jeukte. De handen van de Schim belaagden me gulziger en schaamtelozer, tot ik diep en regelmatig kreunde onder zijn strelende en knedende vingertoppen. Pas toen overweldigde zijn lichaam me als een adelaar die aanvalt op zijn prooi. Zijn gulzige adem blies op mijn mond, ik rook weer pepermunt, en ik had ook weer eau de cologne geroken, en ik draaide mijn hoofd opzij voor zijn lippen. Hij volgde mijn vluchtroute en kreeg me alsnog te pakken. Ik voelde de touwen die me een weerloze prooi maakte, en ik besefte dat vechten geen zin had. Ik liet me door hem kussen, eerst voorzichtig en verkennend, vervolgens hartstochtelijk en ongeremd gulzig. Mijn hormonen deden me vergeten wie ik was. Ik vluchtte in de vergetelheid van zijn vrijages. Ik vergat dat ik een wanhopige gevangene was, een willoos lustobject. Hij vereerde mijn lichaam en mijn masochistische talenten. Ik voelde me te hevig gevleid om er steenkoud onder te blijven. En dus bereikten we alles wat twee minnaars kunnen bereiken. Na afloop, toen de sexuele roes afzwakte en mijn schuldgevoel de kop opstak, vroeg ik hem hoe hij heette, wie hij was. "Tot volgende week," antwoordde hij, voordat hij zijn lichaam van het mijne opdrukte.

Ik had geen energie vanochtend, zelfs geen energie om gekke gezichten naar de camera te trekken. De boterham met kaas smaakte naar zaagsel, de melk naar sperma. Er lagen nog twee boterham¬men op mijn bord, één met ham en één met chocoladepasta. Ik pakte één van de boterhammen van het bord op, maar mijn maag draaide zich zo'n beetje om bij de gedachte dat ik hem zou moeten opeten.
"Ik verdom het," zei ik zachtjes maar nadrukkelijk tegen de camera. "Kom maar op met die slang."
Mah-Jong kwam een kwartiertje later, maar toen hij zag dat ik twee boterhammen onaangeroerd had laten liggen, zei hij niets.
"Mijn sigaretten zijn bijna op," zei ik, terwijl ik mezelf neervlijde op mijn bed.
"Ik breng je vanmorgen nog een nieuw pakje," zei hij, terwijl hij met de camera stond te hannesen.
"Doe er maar twee," zei ik. "Ik heb vandaag toch geen andere plannen dan mezelf suf roken."
Mah-Jong keek om, en in zijn ogen las ik iets verontschuldigends.
"Over een paar dagen gaat het dagverblijf weer open," zei hij op een fluistertoon. Hij had me iets verteld wat hij me niet mocht vertellen.
"Goh," zei ik weinig enthousiast, want ik voelde me allesbehalve enthousiast. De onrust gonsde in mijn buik, terwijl ik op mijn bed lag alsof ik zodadelijk weer zou gaan slapen.
"Wat doen jullie eigenlijk de hele dag?"
"Kaarten," zei Mah-Jong. "Kaarten en koffie drinken."
"Leuk werk, bewaker van een bordeel," zei ik en Mah-Jong zei effen dat hij gisteren nog drie mille van Jaroslaw gewonnen had. "Hij dacht dat ik zijn Three of a Kind overtrof, maar ik had niks."
"Drie mille," mompelde ik, terwijl ik me realiseerde dat drie mille op een salaris van twee ton er wel afkon. In de wetenschap dat je voor een sportwagen en een speedboot spaarde, of wat voor dure interesses Mah-Jong ook mocht hebben, was de verveling wel te dragen.
"Heb jij een sportwagen?"
"Nee," zei Mah-Jong. "Een Mercedes. Een hele grote, want dan kunnen de kinderen erin."
Mah-Jong grijnsde schaapachtig toen hij mijn ontstelde blik zag. "Ik ben gewoon getrouwd hoor. Net als bijvoorbeeld Broth. En Jaroslaw, en Zadro."
"Hoeveel kinderen heb je."
"De vierde is op komst. Nog drie maanden," zei Mah-Jong met een vaderlijke trots.
"Heb je ook dochters?" vroeg ik en Mah-Jong verbleekte enigszins.
"Weet jouw vrouw wat voor werk je doet. Vind ze het leuk dat jij meisjes terroriseert?"
"Ze denkt dat ik bij de Geheime Dienst werk. Daarom accepteert ze dat ik nooit over mijn werk praat. Ze denkt dat ik me bezighoud met staatsgeheimen."
Mah-Jong lachte alsof hij het allemaal goed voor elkaar had, maar zijn ogen bleven schichtig naar me kijken. Alsof hij iets in me zag dat hem aan zijn dochtertje deed denken.
"Is ze mooi en jong genoeg om hier dienst te doen?"
"Hou op," zei Mah-Jong te hard, en plotseling had hij haast met het verdwijnen uit mijn cel. Bij de deur aarzelde hij, verloren met zichzelf.
"Die twee ton mag je houden," zei ik zacht. "Maar zorg alsjeblieft dat het dagverblijf weer opengaat."
"Ik hoef je geen gunsten te verlenen," zei Mah-Jong scherp. "Bovendien is de sluiting van het dagverblijf een beslissing van Höberger."
"Höbergers wil is hier wet, nietwaar," viel ik uit. "Als hij tegen je zegt dat je over die corridor moet lopen, dan doe je dat zeker ook? Wat zou je doen als hij zegt dat die mooie dochter van jou er wel uitziet als een goudmijntje?"
Mah-Jongs schouder ramde de deur. Op het moment dat hij als een geslagen hond wilde verdwijnen, bedacht hij zich.
"Ik kan dit gesprek rapporteren," siste hij. "Dan krijg je schokken." Hij wilde sadistisch lachen, leek het, maar hij lachte alsof hij huilde.
"Ik zal kijken of ik iets kan doen aan het dagverblijf," zei hij toen, bijna smekend. "Maar verder kan ik niks. Mijn handen zijn gebonden."
Zijn stem brak en haperde, alsof hij nog veel meer te vertellen had, alsof hij op het punt stond om zijn mond voorbij te praten.
"Ik... Tot ziens, Sandra," zei hij en hij nam razendsnel de benen.
Ik ging meteen achter mijn bureau zitten om het gesprek op te schrijven. Nu zit ik te peinzen. Zijn handen zijn gebonden? Waarom zei Mah-Jong dat?"

Het was middag en ik zat sigaretten rokend voor de televisie. Zadro had me sigaretten gebracht, niet Mah-Jong, de bewaker die er die ochtend een seconde lang had uitgezien alsof hij op breken stond. De soaps waren dezelfde soaps als in het dagverblijf, en toen keek ik ook al hooguit met een half oog. Ik wilde tafeltennissen en kletsen met Karin. Ik zat te mokken, terwijl ik tegelijkertijd zat te bedenken hoe onrechtvaardig het was dat ik niet mocht tafeltennissen.
Plotseling werd er geklopt, nogal nadrukkelijk, en even later stond Jaroslaw in mijn cel.
"Ik kom je meenemen. Höberger heeft je iets te zeggen," zei hij met zijn uitgestreken smoelwerk. Iets zei me dat ik maar beter gehoorzaam kon opstaan uit mijn stoel. Jaroslaw zweeg terwijl hij schuin achter me door de gangen liep, maar ik proefde het gevaar, de notie dat er iets te gebeuren stond wat niet onschuldig was.
Höberger trok zijn wenkbrauwen op toen hij me zag binnenkomen, gevolgd door Jaroslaw. Hij vroeg hem wat Sandra hier te zoeken had.
"Vanochtend heeft Sandra Mah-Jong proberen te manipuleren. In de eerste plaats heeft ze een poging gewaagd, hem te bewerken zodat het dagverblijf weer open zou gaan. In de tweede plaats heeft ze hem een viertal verboden vragen gesteld. Nadat Mah-Jong mij deze calamiteiten gerapporteerd had, is Mandril bij me geweest om me te melden dat Sandra gisterochtend tegen hem een aantal schaamteloze insinuaties heeft gedaan."
"Sinds wanneer heeft Mah-Jong iets te zeggen over de opening of sluiting van het dagverblijf?"
"Sandra verkeert in de veronderstelling dat de beslissing om het dagverblijf te sluiten op een democratische wijze genomen is. Ze heeft tot twee keer toe geprobeerd om een bewaker ervan te overtuigen dat hij zijn stem voor sluiting moet veranderen in een stem voor opening."
Höberger glimlachte, maar hij leek niet bijster onder de indruk van de door Jaroslaw gerapporteerde overtredingen. Ik voelde dat Jaroslaw daar ook verbaasd over was.
"Ze manipuleert waar ze kan. Het is absoluut onverteerbaar dat slavinnen proberen om bewakers te beďnvloeden. Ik ben van mening dat ze streng gestraft moet worden voor haar manipulaties."
"Ik wil meer horen," zei Höberger. "Wat heeft ze tegen Mah-Jong gezegd en wat tegen Mandril?"
Jaroslaw schraapte zijn keel, en vertelde vervolgens dat ik "ten overstaan van Mah-Jong" suggereerde dat ze zich zodanig verveelde, sinds er geen dagverblijf meer is, dat zij, en ook de andere slavinnen, wel eens heel wat sneller opgebrand zouden kunnen zijn. Ik had vervolgens gesuggereerd dat Mah-Jongs salaris achteruit zou gaan als hij niet zou proberen om het dagverblijf weer open te krijgen.
"Mah-Jong heeft vervolgens zijn mond voorbij gepraat door haar te beloven dat het dagverblijf over een paar dagen weer open zou gaan."

Ik stond er deemoedig bij, terwijl ik me afvroeg waarom er niets van Jaroslaws rapport klopte. Natuurlijk had Mah-Jong me aangegeven omdat ik hem één trap teveel onder de gordel had gegeven. Maar hij had me natuurlijk nooit mogen vertellen dat hij getrouwd was, dus had het hem beter geleken om het gesprek maar een klein beetje te verdraaien.
"Ze weet dus dat het dagverblijf over een paar dagen, als de proteststorm een beetje is uitgewoed, weer opengaat. Ze weet dus eigenlijk niks. Ze suggereert van alles, maar ze weet niks."
Ik voelde Jaroslaw schuin achter me verstijven.
"Ze manipuleert als een bezetene," zei hij scherp. "Tegen Mandril suggereerde ze ook van alles. Als haar geen lesje wordt geleerd, dan blijft ze manipuleren totdat ze meer weet dan goed voor ons is."
"Jij vindt dat we haar De Straf moeten geven."
"Ik vind dat we haar De Straf moeten geven. Ik vind ook dat jij het gevaar van haar speldenprikjes ernstig onderschat."
Höbergers ogen werden spleetjes, terwijl hij Jaroslaw, zijn onderdirecteur, bepaald vuil aankeek.
"Ik weet hoe ik met slavinnen moet omgaan, Jaroslaw. Ik zie ze hier dagelijks kruipen voor mijn bureau. Sandra kruipt net zo hard als de anderen. Maar ik ben het met je eens dat ze wel een extra waarschuwing kan gebruiken."
Höberger kwam half overeind en ik verstijfde toen Jaroslaw mijn schouder vastpakte.
"Nee," mompelde ik. "Alstublieft."
"Probeer me niet te vermurwen," zei Jaroslaw emotieloos. "Je had beter wat eerder kunnen bedenken wat jouw gestook voor consequenties heeft." Hij verstevigde de greep rondom mijn schouders en duwde me in de richting van de zijdeur, de deur waarachter de dopjes wachtten. Ik slaakte een kreet en dook onder zijn hand weg. Jaroslaw reageerde bliksemsnel. Zijn karateklap in mijn nek verdoofde me zodanig dat ik mezelf niet meer met genoeg kracht kon verzetten. Ik lag al op een leren bank toen mijn hoofd weer helder werd. Ik voelde metaal langs mijn polsen glijden, mijn polsen die een metalige klik later achter mijn hoofd op de rand van de bank uitgerangeerd lagen. Jaroslaws gezicht had nauwelijks een uitdrukking toen hij mijn bloesje vastpakte om het los te knopen.
"Hij had niks toen jij Three of a Kind had," fluisterde ik. "Hij blufte." Jaroslaws hand verstijfde een onderdeel van een seconde, voordat hij me doorging met mijn bloes los te knopen. Ik kneep mijn ogen dicht, en voelde mijn polsen in stalen banden gevangen. Ik voelde dat mijn buik blootlag, net als mijn beha. Zakelijke en kille handen gleden langs mijn zij naar mijn rug.
"Hij heeft voorgestemd omdat hij van jou niet mocht tegenstemmen," mompelde ik, en de sluiting van mijn beha sprong los.
"Hoor je het," klonk Jaroslaws stem. "Zo probeert ze ons te intimideren. Ze hoopt dat iemand van ons uit zijn normale doen raakt en zijn mond voorbij praat."
"Ik kan haar aan," klonk Höbergers stem kalmpjes. Ik gluurde door de spleetjes van mijn ogen en zag hem naast de leren bank staan, met staalblauwe ogen die zich verheugden op mijn aanstaande pijn.
"Zet haar benen ter weerszijden van de onderste poten. Bind ze daaraan vast."
Hij pakte mijn beha op, terwijl Jaroslaw aan mijn benen trok. Hij zag een eerste hulpeloze traan uit mijn ogen glippen. Ik schopte en stribbelde tegen, maar Jaroslaw bezat een jarenlange ervaring in het vastbinden van enkels. Höbergers lange dunne vingers gleden liefkozend over mijn borsten, voordat hij de dopjes op mijn tepels drukte. Mijn knieën slingerden door de lucht, maar verder kon ik niets meer beginnen. Jaroslaw stond op en bekeek mijn van angst verwrongen gezicht zonder emotie. Hij was echt gecastreerd. Niet alleen zijn ballen, maar ook zijn hart was weggesneden.
"Ik kom over een uurtje weer terug. Er zijn nog wat dingen die ik met je wil bespreken."
"Prima," zei Höberger, terwijl hij met het kastje in zijn hand op de rand van de bank ging zitten, bij mijn in een razendsnel tempo rijzende en dalende borst. Hij bekeek me met dichtgeknepen ogen, en vervolgens strekte hij zijn hand om de panden van mijn bloesje nog wat verder op te slaan. Mijn romp lag volledig bloot.
"Waarom lig je hier, Sandra? Waarom krijg je vijf elektrische schokken op je tepels?"
Ik begon te huilen, radeloos van doodsangst. Höbergers klap in mijn gezicht verstijfde me.
"Waarom?" siste hij, en met trillende lippen van angst bracht ik uit dat ik had geprobeerd om de bewakers te manipuleren. Ik beet mijn onderlip stuk en mijn tranen maakten de grijze zoldering hoog boven me onzichtbaar.
"Zo straffen we dit vergrijp, Sandra," zei hij, en hij haalde het hendeltje over. Door mijn borsten trok een rilling, een koorts, en vervolgens voelde ik de pijn als bliksemschichten door mijn borstkas schieten. De pijn verbrandde mijn huid, schroeide daaronder mijn ingewanden, verkoolde vervolgens mijn botten. Ik hoorde mezelf gillen, terwijl ik uit alle macht aan mijn boeien trok. Ik hijgde als een bezetene terwijl zweet uit mijn poriën barstte, terwijl de tranen in stroompjes langs mijn wangen liepen. De pijn was over, maar mijn lichaam leek overal vervormd en uit haar verband gerukt. Höbergers hand streelde liefkozend mijn gloeiende voorhoofd en ik begon met een hortende stem om genade te smeken, terwijl ik mijn spijt betuigde, terwijl ik hem beloofde dat ik voortaan voor altijd gehoorzaam zou zijn.
"Ik geloof er niets van," zei Höberger. Zijn hand gleed over mijn lichaam, vanaf mijn borsten over mijn buik en mijn navel, tot hij mijn spijkerbroek besteeg, tot zijn vingers de knoop van mijn broek gevonden hadden. Hij maakte de knoop los, en hij grinnikte toen hij de rits naar beneden trok. Hij sjorde aan de panden van mijn spijkerbroek totdat mijn witte onderbroekje in een wijde V zichtbaar was.
"Het oog wil ook wat," zei hij, en hij haalde voor de tweede keer het hendeltje over. Opnieuw overmande de pijn me volledig. Een aantal seconden lang bestond ik uit niets dan pijn, en toen ik mezelf terugvond huilde ik tranen met tuiten, terwijl mijn lichaam heftig bleef sidderen.
"Hoe verliep het gesprek met Mandril? Vertel me alles, woord voor woord. Als er één woord gelogen is, dan lig je hier morgen weer."
Huilend, struikelend over mijn woorden, vertelde ik alles, woord voor woord, geen enkel woord gelogen. Met het kastje voor mijn ogen zichtbaar was liegen onmogelijk.
"Hij heeft zijn belofte niet gehouden. Hij heeft je niet gerapporteerd. Hij heeft je pas gerapporteerd nadat Mah-Jong jou rapporteerde. Als je niet hetzelfde spelletje had gespeeld met Mah-Jong, dan had je hier nu niet gelegen."
"Alstublieft," stamelde ik. "Geef me niet nog een schok."
"Je krijgt er nog drie. We geven vijf schokken, geen twee."
"Nee," huilde ik. "Nee." Höberger lachte en zette het kastje naast mijn hoofd. Hij kwam overeind en even had ik hoop, hoop dat hij me drie schokken zou besparen. Mijn hoop vervloog in nieuwe, verse tranen, toen Höberger achter de bank hurkte om tussen mijn knieën en dijen te loeren. Hij strekte zijn handen uit en hij sjorde aan mijn broek. Hij grinnikte terwijl hij mijn broek met een engelengeduld van mijn benen aftrok, tot mijn knieën bloot in de lucht sidderden. Hij zette zijn handen op mijn knieën en vertelde me dat ik een begerenswaardig meisje was.
"Het is bijzonder aangenaam om jou pijn te doen," siste hij in mijn gezicht, voordat hij mijn knieën losliet en naar het kastje dook. Ik gilde mijn longen uit mijn lijf, maar mijn stem brak bij het overhalen van de hendel. Mijn lichaam sidderde overal, terwijl de pijn mijn geest meesleurde naar een aardedonkere poel, waar ik een paar seconden lang de dood ontmoette, een grijze knokige hand die zich uitnodigend in mijn richting strekte. Ik ging niet dood. Ik zag licht, TL-buizen, en ik zag een kastje. Ik zag Höberger, die zijn ogen met voldoening over mijn lichaam liet speuren. Hij bekeek me tussen mijn benen.

"Ik ga je een cadeautje geven," zei hij en hij stond op. Hij rommelde in één van de metalen kasten bij de muur. Ik sperde mijn ogen open toen ik hem zag terugkomen met een dildo in zijn hand. Hij glimlachte poeslief in mijn van smart doortrokken ogen en liep toen opnieuw naar de achterkant van de bank. Hij boog zich voorover, en zijn hoofd dook op tussen mijn knieën.
"Ik denk dat ik het je meteen maar geef," zei hij, en ik voelde het plastic tussen mijn benen op me drukken. Ik snikte en smeekte, maar niets verhinderde hem om me te penetreren. Ik voelde geen pijn, maar ik voelde wel het verstikkende besef dat ik nooit zou winnen, dat ik alleen maar opnieuw zou kunnen verliezen, zodat hij me opnieuw, misschien nog gruwelijker, kon vernederen als dat hij nu deed. Hij pakte het kastje op en draaide aan de knop op de wijzerplaat.
"Ik geef je een milde schok, Sandra," zei hij spottend. "Nu zal de pijn je tussen je benen stimuleren, let maar eens op."
Hij gaf me de schok, en de pijn was minder verwoestend dan de vorige pijn, maar mijn lichaam sidderde heftig, terwijl mijn spieren opgelost leken te worden in zoutzuur, terwijl mijn enkels en polsen bonkten en klopten van het geweld waarmee ik aan mijn boeien had getrokken.
"Ben je geil, Sandra?"
"Nee," prevelde ik, voordat ik mijn ogen opendeed om de zoveelste tranenstroom te vergieten.
"Wat jammer nou. Ik dacht dat je daar zo goed in was, geil worden wanneer je vernederd wordt, wanneer ze je pijn doen."
"Nee," mompelde ik. "Laat dit alsjeblieft over zijn."
"Ik denk dat we je maar uit de handel nemen. Nu je toch niet meer geil wordt, zal je prijs alleen maar zakken. Dat wil je toch zo graag, dat je prijs zakt? Het dagverblijf gaat dan weer open als je prijs zakt. Tenminste, dat denk je."
"Het is zo," mompelde ik. Hij kon me niet meer pijn doen. Hij kon me niet verder vernederen en kleineren. Het was over. Het was voorbij.
"Je bent een lastpost, mijn lieve Sandra. Als je nog een keer wordt opgebracht door Jaroslaw, dan is het met je gedaan. Als je blijft stoken en intrigeren dan ben je over een paar weken dood."
"Alstublieft," mompelde ik enkel, terwijl ik de dopjes voelde, terwijl in mijn buik de angst me misselijk maakte.
"Ik kan je nu ook doodmaken, Sandra. Gewoon omdat ik plotseling genoeg van je heb. Lastposten hangen me nou eenmaal de keel uit. Ik zou je meer dan vijf schokken kunnen geven, veel meer. Heb je er enig idee van, hoeveel schokken ik je kan geven voordat je bezwijkt?"
Ik sidderde, terwijl ik achter mijn gesloten ogen een gebed prevelde om nog niet te hoeven sterven.
"Geef antwoord."
"Honderd," mompelde ik. "Tweehonderd. Eindeloos veel."

"Eindeloos veel," zei Höberger tevreden. "Maar nu krijg je er precies vijf. Nog eentje, Sandra. Maar eerst wil ik dat je je heupen beweegt. Beweeg je heupen zodat je voelt wat je tussen je benen hebt zitten."
Ik gehoorzaamde. Ik huilde niet langer en ik was opgehouden met bedenken hoe ik hem kon weerstaan. Ik leed zoals hij me wilde laten lijden, en mijn opengesperde ogen toonden hem mijn smart, de smart die ik nu zonder enig protest bleef voelen. De pijn van de schok was bijna een bevrijding, want ik kon stoppen met het bewegen van mijn heupen. Nog eenmaal werd mijn lichaam besprongen door de pijn. Nog eenmaal huilden mijn ogen nieuwe tranen en nog eenmaal produceerden mijn stembanden nieuwe kreten. Ik had geen stem meer toen mijn lichaam tot rust kwam. Het leek alsof ik geen lichaam meer had.




      naar het vorige hoofdstuk/verhaalnaar het volgende hoofdstuk/verhaal      

 

subjackt
Bevlogen lid
Inlognaam: subjackt

Bericht Nummer: 150
Aangemeld: 07-2008


Beoordeling: nog geen
Stemmen: 0 (Waardeer!)  

Gepost op dinsdag 15 juli 2014 - 08:51 pm:       

Gula



Hallo madelief,

Ik vind het leuk om te horen dat je gulzig wordt van mijn verhaal, al is gulzigheid wel één van de hoofdzonden.

Het slot is onderhand in zicht. Altijd een moment van hinken op twee gedachten, inderdaad. Aan de ene kant weet je eindelijk hoe het afgelopen is, aan de andere kant is er dan opeens niks meer over om nog te lezen.

Het goede nieuws is, er komt vast wel weer eens een volgend verhaal.

Veel plezier met de volgende episode,
subjackt


Een verzoek!


Deze site is bedoeld voor discussies/verhalen/vragen/weetjes die wat langer blijven staan.
We willen jullie daarom vragen:
  zorgvuldig te zijn in het opstellen van een reactie.
  kijk even naar de opmaak.
  corrigeer type- en spelfouten
      (een eenvoudige spellingscontrole verschijnt bij de voorbeeldweergave).
  en maak gebruik van de vele opmaak mogelijkheden.
  Echt: het is niet ingewikkeld.
  En wist je dat achter de   button een heleboel verschillende     zitten?


geef hier je reactie op het verhaal en/of op de commentaren van anderen
Je Onderwerp:

Vermeld hier onderwerp, of kopje, of samenvatting, of blikvanger van je reactie.
Je reactie:
Gebruik Opmaakbuttons
Selecteer tekst en klik op de button
of: klik 1 maal voor begincode en nogmaals voor sluitcode
Voor uitleg van de buttons: glij er overheen met je muis
Vet Cursief Onderstrepen maak tekst heel klein maak tekst klein maak tekst groot maak tekst extra groot centreer maak een lijst met bullets maak een genummerde lijst
voorbeelden van de beschikbare fonts + instructie opmaak hulp: geeft uitgebreide uitleg -ook van diversen- plus extra mogelijkheden!
onderstaande buttons geven direct resultaat (selecteer dus geen tekst!):
een kop maken: vet + groot (geen tekst selecteren) plaats je e-mail adres (geen tekst selecteren) Maak een hyperlink (geen tekst selecteren) Voeg clipart plaatje toe (geen sluitcode!) trek een lijn (geen sluitcode) maak wit/spatie (geen sluitcode!) maak een dichte bullet (geen sluitcode!) maak een open bullet (geen sluitcode!) maak een vierkante bullet (geen sluitcode!) maak een een curren - een soort bullet (geen sluitcode!) maak het copyrightteken (geen sluitcode!) { voor gebruik BINNEN opmaakcode (geen sluitcode!) } voor gebruik BINNEN opmaakcode (geen sluitcode!)  ECHTE komma: voor gebruik BINNEN opmaakcode van een TABEL (geen sluitcode!)

Inlognaam: Gebruiksaanwijzing:
Geef je Inlognaam en Wachtwoord.
Aanmelden is verplicht, kostenloos en heel eenvoudig!
Maak gebruik van de vele opmaakbuttons hierboven!
Wachtwoord:
Opties: Je mag HTML opmaakcode in je bericht gebruiken
Activeer eventuele links in je bericht
Actie: