Gepost op maandag 30 januari 2012 - 09:38 am: |
|
|
Een verhaal over Serge en Isabelle
Zijn auto raast met hoge snelheid over de snelweg. Grijze mist trekt in flarden het groene landschap voorbij. Ik merk het nauwelijks op, zit ineengedoken op de passagiersstoel. Mijn knieën tegen elkaar geklemd, mijn hoofd naar beneden. Mijn klamme handen tussen mijn dijen. Ik ben de pineut, hij is boos, woest, teleurgesteld in mij. Zijdelings gluur ik stiekem onder mijn wimpers naar links. Ik zie de verbeten trek om zijn kaken. Geen woorden zullen mij nu redden, geen smeekbeden zullen de pijn verzachten. Ik heb het verbruid, Ik weet het en ik zwijg. Ik voel tranen achter mijn ogen prikken maar ik laat het wel uit mijn hoofd ze te laten gaan. Een misselijk gevoel welt zich op in mijn maag. Veel sneller dan ik wil draait de auto onze parkeerplaats op. Zwijgend stapt hij uit en voor ik het weet gaat het portier aan mijn kant open. Mijn hand vind zijn uitgestoken arm en ik stap uit. Wankelend, onzeker laat ik me meevoeren naar de voordeur. Half struikelend op de torenhoge hakken die ik aan het begin van de avond met zoveel zelfvertrouwen aandeed. De nieuwe rode jurk die ik speciaal voor het jubileumfeest van zijn bedrijf had gekocht. De jurk waarmee ik hem had willen laten gloeien van trots op mij. Hoe kon ik nou weten dat zijn compagnon, Henk, die altijd te veel dronk, de hele avond om mij heen zou zwermen. Dat Henk na een aantal drankjes te luid seksuele toespelingen zou maken die mij het schaamrood op de kaken zou brengen. Eerst moest ik nog wel lachen om die malle man met zijn domme toespelingen op het blonde, sexy vrouwtje van Serge. Tot Henk steeds dichterbij kwam staan en ik plots zacht de streling van zijn hand langs mijn billen voelde. Mijn ogen zochten in lichte paniek de blik van Serge die mij koud en emotieloos aankeek. De schrik sloeg mij om het hart. Dit had ik niet zo bedoeld, dit had ik niet gewild. In de gang trek ik mijn jas uit en durf nog steeds niet op te kijken. Waarom zegt hij niks, waarom laat hij mij daar zo staan. Dan opeens, als bijtende striemen klinkt zijn stem: “naar mijn werkkamer.” Ik schrik en schiet met een schok tegen de muur. “Laat het me niet herhalen,” gromt hij. Met snelle pasjes schiet ik door de deur zijn kantoor binnen. Achter mij knipt Serge het licht aan. Zijn ijzeren greep knelt nu mijn bovenarm vast. “Vuile slet, dat vond je zeker lekker hè, die aandacht.” Ik stamel, ik murmel. “Je weet wat er nu gaat komen meisje.” “Ja...” zeg ik zacht. Voor het grote houten bureau van Serge staat de lederen chesterfield fauteuil waar ik altijd zo graag in wegkruip om, met een kopje thee, stilletjes naar mijn man te kijken als hij werkt. Maar het is ook de fauteuil waar ik in minder gunstige omstandigheden over de rugleuning gebogen sta en zijn straf ontvang. Met mijn buik over het zachte, krakende leer van de stoel schuif ik langzaam de rode stof van mijn jurkje omhoog. Terwijl ik mijn slipje aarzelend omlaag schuif hoor ik het onheilspellende geluid van zijn losgespende riem. De eerste slag is altijd de ergste. De schrik van de striemende pijn went nooit. Ik bijt mijn lippen op elkaar en doe mijn best in stilte mijn straf te ontvangen. Als snel is de hitte aan mijn billen ondraaglijk. Tranen druppen nu op de zitting van de fauteuil. Rustig en met precieze trefzekerheid laat Serge de riem op mijn achterwerk neerkomen. Ik tel de slagen nooit, ik weet nooit wat Serge doet. Soms is het heftig, soms is hij genadig. Dan plots, houdt hij op. Ik voel zijn koele hand over mijn billen strelen, kneden. Zijn hand gaat verder, voelt mijn vochtige, verlangende huid. Zijn vingers gaan in me. Ik knijp met mijn spieren, verlangend naar meer. Als vanzelf druk ik mijn handpalmen op de armleuning om mijn rug te krommen, spreid mijn benen iets. “Ah, voel toch dat natte kutje eens.” Ik kreun en kronkel onder zijn vingers. “Maar stoute meisjes verdienen toch geen orgasme,” zegt Serge, terwijl hij mijn billen uit elkaar spreid. Zijn pik verdwijnt in mijn smalste opening en met kracht doet hij wat hij wil. Ik sidder van geluk en weet dat ik nog steeds zijn meisje ben.
|
|
|