Gepost op dinsdag 08 november 2011 - 03:11 pm: |
|
| Klasseberaad
Moniek belegt een klasseberaad .... zonder Marjan en Juliette
Moniek zat op het bed in de kamer van de Klasse-Oudste. Haar kamer nu. Maar rust had ze niet. Ze had een nieuwe opdracht uit te voeren als Klasse-Oudste. Een verschrikkelijke opdracht. Kans om daarover na te denken kreeg ze gelukkig niet, want de eerste meisjes druppelden al binnen. Geen tijd voor muizenissen. Ze moest aan de slag. Sophie was de eerste, samen met Marcha. Paulien en Zofia, Aya en Dawn volgden. Geen Marjan. Geen Juliette. Maar dat wist ze. Maartje en Nina sloten de rij. Toeval? Maartje, de verstoten Klasse-Oudste en Nina, haar toenmalige adjudant. Nina die even haar Pupil was geweest in de paar uren van haar Mentorschap, net voordat ze weer gepromoveerd werd, nu tot Klasse-Oudste. Ze bleef dat laatste een belachelijk idee vinden. Zouden Maartje en Nina een bondje tegen haar als Klasse-Oudste gesloten hebben en waren ze daarom zo laat? Tenslotte was ze niet echt Nina’s Mentor geweest: haar enige taak als Mentor had eruit bestaan naast Nina te staan in de rij voordat ze naar de Tuchtraad afgemarcheerd werden. En door Klasse-Oudste te worden hadden ze beiden de vele voorrechten die ze hadden genoten verloren. Maar mochten ze samen een bondje tegen haar gesloten hebben, ze lieten daar niets van merken. Maartje zocht zelfs het hoekje vlakbij de klerenkast op: ze wist dat ze in de huidige rangorde van de klas de laagste positie innam en gedroeg zich daar naar. Sophie, haar Mentor, vond het prima. Nina daarentegen ging brutaal in de enige fauteuil van de kamer zitten. De meiden loeiden uit protest. Het was niet voor niets dat ze die vrij hadden gelaten. Het was het privé domein van de Klasse-Oudste. Maar Moniek schudde haar hoofd toen ze haar duidelijk maakten dat zij daar hoorde te zitten. Ze zat veel te lekker op het bed. Ze tikte daarentegen op haar bed. Kom, wilde ze zeggen, kom naast me zitten. Ik mag dan wel Klasse-Oudste zijn, maar ik ben geen Maartje. Gek genoeg accepteerden de meiden dat. Ze was hun Klasse-Oudste en ze accepteerden haar leiding onvoorwaardelijk. Hadden zelfs ontzag voor haar. Voor hen was ze het perfecte kostschoolmeisje. Dàt meisje wilden ze wel gehoorzamen. En allemaal waren ze blij dat ze verlost waren van de twee-eenheid Maartje-Nina. Aya zag haar kans schoon: “Uit die stoel trut,” bitste ze naar Nina. Nina keek hautain terug. Alsof ze wilde zeggen: als Moniek er niet wil zitten, wie doet me dan wat. Dat was erg dom van haar. Aya lachte. “Je bent echt een trut, Nina, en nog zo stom als het achtereind van een koe.” Waarbij ze bij ‘koe’ volop schreeuwde. Alle meiden riepen vervolgens “boe boe boe”. “Ik ben je Mentor, rund. En weet je wat? Nou heb ik dus echt lekker een reden om je te straffen. Oh ja, lekkerrrr. Na afloop, als we klaar zijn hier.” Alle meiden glunderden. Zo, daarom hadden ze dus Aya bevorderd tot Mentor. De rollen omgedraaid. Vernedering van degradatie naar Pupil was voor Nina nog niet genoeg... Paulien kwam als eerste naast haar op het bed zitten. Zofia en Dawn, de twee jongste meisjes, volgden. De andere meisjes vormden een aansluitende kring op de grond. Maartje bleef echter angstvallig in haar hoekje zitten. Niemand van de meisjes ondernam een poging om haar in de kring te trekken. En Nina? Nina ging onwennig naast de fauteuil staan. Eén fronsende blik van Moniek echter was voldoende om een plek tussen de andere meiden op te zoeken. Ze keek opgelucht. Voor even. Toen herinnerde ze zich de wraak die Aya haar beloofd had... Maar de fauteuil bleef leeg. Moniek vond het maar stom, een kring rond een lege stoel. Maar ze verdomde het om zelf erin te gaan zitten. “Toe meiden, wie gaat in de gemakkelijke stoel zitten?” Tsja, hun antwoord had ze kunnen verwachten: “Jij!” Maar gelukkig riepen ze niet “U.” “Nee, niet ik, ik zit hier veel te lekker.” Dat accepteerden ze. “Het sloofje,” zei Zofia, “als jij er niet zit hoort je Sloofje er te zitten.” “Sloofje?” “Adjudant,” verduidelijkte Zofia met een gemaakt bekakte stem. “Ja, wie is je Sloofje eigenlijk?” vroeg Dawn. “Marjan?” vroeg Moniek hulpeloos. “Nee joh, die kan dat niet zijn, die is Mentor van je Gidsmeisje.” Kijk, dat van Marjan en Juliette wisten ze dus al. Geheimen kon je hier maar beter niet hebben, want die kenden geen lang leven op de Kostschool. Maar het waarom van hun uitspraak kon ze niet volgen. Waarom mocht Marjan haar sloofje niet zijn als ze Juliettes Mentor was? Hoe hadden ze haar toch Klasse-Oudste kunnen maken als ze zelfs de meest basale dingen van het Kostschoolleven niet kende? Maar de meiden zaten daar niet mee. Die waren maar al te bereidwillig om het haar uit te leggen. Dawn begon plechtstatig: “Mentor van het Gidsmeisje van de Klasse-Oudste...” Ze moest zelf giechelen om haar ingewikkelde formulering en aapte Zofia na met een bekakt stemmetje: “De zogenaamde Klasse-Oudste-Gids-Meisje-Mentor.” “Ahh, oftewel de K.O.G.M.M,” vulde Zofia op dezelfde toon aan, “en de Adjudant van de Klasse-Oudste” “de A.K.O. zijn belangrijke functies binnen de ehh Kostschool voor Moeilijk Opvoedbare Meisjes:” Dawn weer. “kortom de K...V....M...O.M,” besloot Zofia na lang nadenken. De meiden proestten het uit van het lachen. Natuurlijk lachte Moniek mee: ze waren echt een komisch duo. Maar toch wilde ze weten waarom Marjan niet haar adjudant mocht zijn. Ze was toch al haar sloofje? Gistermiddag. Een heel lief sloofje. Even bloosde ze bij die herinnering. Maar gelukkig, niemand die het zag. “Mag het niet omdat ze ook mijn Mentor is geweest?” begon ze snel. “Ah, daarom wil je dat ze je adjudant wordt: je hebt nog wat met haar te verhapstukken. Je wilt wraak!” riep Paulien. “Doe niet zo stom, Paulien,” reageerde Aya: “Je weet best dat Moniek verliefd is op Marjan. Bovendien is Marjan hartstikke lief. Niemand wil haar te grazen nemen.” Nu bloosde Moniek echt, en zichtbaar voor alle meiden. Was het werkelijk zo duidelijk welke gevoelens ze voor Marjan had? “Nou, ze heeft Moniek er anders bij de Franse les mooi ingeluisd. Ha! Je vais baiser cette vieille vache excitée. Nou, als ze mij zo iets geflikt hadden, wilde ik best wel wraak nemen.” Paulien weer. Zofia klonk echt verontwaardigd: “Wat ben jij toch een koe, Paulien,” -waar had Moniek dat eerder gehoord- “Ben je echt zo achterlijk dat je niet wist hoe dat in elkaar zat?” “Nou ja, het was gewoon een te gekke streek. Ik heb vreselijk moeten lachen....” verdedigde Paulien zich. “Ja, neukeneukeneuke,” bauwde Aya haar na, “dat hebben we allemaal gehoord. Maar dat jij, Paulientje, zo goed in Frans bent om zo’n stomme Franse zin nog te weten, en ook nog weet wat het betekent, wil niet zeggen dat Marjan dat kan. Laat staan hem bedenken. Heb je haar dan niet horen stotteren in de les daarna toen ze de beurt kreeg?” zei Aya verontwaardigd. “Snap je het nou niet. Moet ik het voor je uitspellen?” Paulien keek boos de andere kant op. Ze wist dat Aya gelijk had. Maar leuk was anders. “Het kan gewoon niet anders dat ze dat moest zeggen van Madame. Wie anders had dat kunnen bedenken!” besloot Aya triomfantelijk: “Je weet hoe die tuk is om nieuwe leerlingen over haar bureau te leggen.” Twee van de meiden hielden zich angstvallig op de achtergrond. Dawn en Marcha. Zij wisten natuurlijk hoe het werkelijk zat. Zij waren het die Marjan hadden geholpen. Maar Moniek had dat niet in de gaten. Moniek wilde maar al te graag geloven dat Marjan ook alleen maar deed wat haar werd opgedragen. Hoewel ook zij wel beter wist. Had Marjan haar meidenstreek niet zelf aan haar opgebiecht? Erger was ze er niet trots op geweest dat ze haar zo tuk had gehad? Toch hadden de meiden beslist een punt. Marjan was helemaal niet goed in Frans geweest. Dat zinnetje had ze echt niet zelf kunnen bedenken. Maar als Marjan dat niet kon, dan wist Moniek nog wel iemand, iemand die blijk had gegeven zelfs veel beter in Frans te zijn dan zelfs de èchte lerares Frans, Madame Mélisande. Juliette dus. Maar nee, na wat gisteren op haar kamer was gebeurd kon ze dat niet geloven. Was het dan toch Madame zelf? “Maar Madame heeft Moniek helemaal niet over het bureau gelegd,” wierp Zofia tegen, “niet toen, maar later, en voor iets heel anders. Dat van die neukende koe, daarvoor stuurde Madame haar alleen maar boos de klas uit. Wat trouwens ook best erg is hoor.” “Ja, wrijf het er maar in, Zofia,” reageerde Moniek, “Ik heb Marjan geslagen. Ik heb Marjan ... geslagen. Daarom werd ik gestraft.” Niet alle meisjes wisten dat, dat was duidelijk aan hun reacties te horen. “En dat was dus heel erg terecht.” Ze zei dat laatste zachtjes, haast in zichzelf, eindigend bijna in een snik. Uit haar stem maakten de meisjes op dat ze daar nog steeds mee zat. Dus Aya had in alles gelijk gehad, realiseerden ze zich. Aya, die net was gepromoveerd van Pupil naar Mentor. Dat was niet alleen geweest om Nina nog eens extra te pesten. “Nou, dan heeft Madame dat niet op haar geweten. Sinds wanneer verdedig je haar!” beet Aya Zofia toe. Maar Zofia kreeg niet de kans om te reageren, want Aya ging direct verder. “Waar het om gaat is dat Marjan niet het sloofje van Moniek mag wezen omdat Marjan dus nu Mentor van Juliette is, en Juliette Monieks Gidsmeisje is,” legde Aya uit. Mijn god, wat was dat ingewikkeld. Zofia greep haar kans om de nederlaag van zo net om te zetten in een overwinning en begon opnieuw op haar meest plechtstatige en bekakte toon: “De K.O.G.M.M is een geheel andere positie binnen de Kostschool voor Moeilijk Opvoedbare Meisjes...” Dawn nam direct over: “...dan de A.KO., de Adjudant van de Klasse-Oudste, en in haar wezen...” “... en reglementair...” Zofia weer. “... met elkaar onverenigbaar!” besloot Dawn. Weer proesten de meiden het uit. Heel leuk, echt, maar dat Moniek het nu begreep, nou nee. “Moniek moet gewoon zelf een sloof kiezen,” verduidelijkte Aya, “als het maar een Mentor is en dus niet Marjan. Ik dus bijvoorbeeld.” Een oorverdovend gehoon brak uit. Tsja, dat was duidelijk, een meisje dat zichzelf aanprees zou het echt niet worden. Bovendien, ze pas maar net Mentor. Maar wie dan wel? Waarop Marcha breed lachend op zichzelf wees. Alle meiden protesteerden. Moniek keek haar vragend aan. “Waarom? Gewoon daarom. Omdat ik alles durf. Dat weet iedereen. En omdat ik gek genoeg ben om het te willen.” De meiden barsten in lachen uit. Daar was geen woord van gelogen. Dat was natuurlijk ook de grap. Maar of ze een goede Adjudant zou zijn? Alleen een koning had behoefte aan een nar. En Moniek voelde zich beslist geen koning. Of koningin. Integendeel.... “Nou, dan wordt ik het wel,” zei Paulien. Verscheidene meiden keken haar vragend aan. Paulien, prima, maar waarom? “Gewoon, omdat ik eerlijk ben. En omdat ik je durf te plagen. Neukeneukeneuke.” Iedereen moest lachten. Ja dat wisten ze nog wel. “En ik heb lekkere hangtieten!, dat heb je zelf gezegd!” Een gejoel klonk op. Dat vonden de meiden een goeie. Moniek knuffelde haar. Maar kon het niet laten om daarna ook even in haar tietjes te knijpen. “Lekkere hangtietjes. Weet je nog? Onder de douche.” Ja, dat wist ze nog. Onder de douche. Jammer dat Tess ingreep, toen. Zou dat betekenen dat ze nog een kans bij Moniek maakte? Dus knielde Paulien theatraal voor Monieks voeten neer. Deed haar blazer uit. Verwijderde haar schooldas: als één van de weinige meisjes droeg ze die bij voorkeur en met instemming van de schoolleiding. Knoopte haar bloesje los. En met tieten bloot en haar handen in haar nek presenteerde ze zich aan Moniek. “Uw hangtietensloofje is geheel de uwe,” en keek heel deemoedig naar beneden, “en biedt zich aan om gestraft te worden voor haar kutstr...” -ze verbeterde zichzelf- “voor haar tietenstreken.” Moniek glimlachte. Paulien wàs een leuke meid. Ze zou een prima sloofje zijn. En ze had prachtige borsten. Liefdevol raakte ze ze aan. Streek even langs haar tepels die onmiddellijk stijf werden. Zie je wel. Dàt zou er gebeuren. Ze kreeg Paulien en verloor Marjan. Never nooit niet. “Deze tietjes zijn veel te lekker om aan te nemen,” verkondigde ze plechtig: “daar ga ik dus niet van af kunnen blijven.” “Nou,” zei Zofia, “als Paulien het niet mag worden. En Marcha niet. En Aya niet. Dan zijn alleen de Pupillen nog over. Ik zou een hele...” “Boeehhh,” loeide Dawn, “je hebt net zelf gezegd dat dat niet reglementair mocht.” “Het is nog niet eens waar ook,” bracht Nina in. Iedereen keek haar boos aan. Hoe durfde ze. Maar ze had wel gelijk. Sophie was er nog. De enige Mentor die zichzelf niet had aangeprezen. “Sophie wordt mijn Adjudant,” zei Moniek: “niemand bezwaar?” Tsja, Sophie was niet geliefd maar werd ook niet gehaat. Ze was er gewoon. Of was zelfs dat niet waar? Ze werd in ieder geval nooit gemist... Een perfecte adjudant dus voor haar... Maar Paulien keek haar nog steeds uitnodigend aan, een tikje brutaal zelfs. En bleef uitnodigend haar tietjes aan Moniek presenteren. Maar die kon zich beheersen. “Geen straf,” was Monieks besliste antwoord. Oeps. Paulien keek gemaakt teleurgesteld. Het was te proberen, toch? Moniek gebaarde resoluut naar de fauteuil. Zo van: ga daar maar mooi zitten wezen. Ook goed. Snel nam Paulien daarop plaats en wilde haar kleding weer fatsoeneren. “Dàt lijkt me niet nodig, Paulien. Als mijn niet-sloofje mag je je tieten bloot laten. Je wordt mijn ‘tieten-meisje’ dus. Want ik vind ze echt mooi. En lekker!” besloot ze ondeugend. Paulien wist even niet of ze nu blij of ongerust moest zijn. “Maar...” begon ze bezorgd. “Alleen hier, stommerd. Op mijn kamer. Als je je uìt slooft, dus.” Ze moest lachen om haar eigen grapje. “En omdat je zo stom bent doe je nu ook je bloes dus uit. Maar niemand mag aan d’r zitten zonder mijn toestemming.” Paulien gehoorzaamde meteen. Gelukkig maar dat iedereen naar Paulien keek, en niet naar Moniek. Want die was ontzet over haar eigen woorden. Wat bezielde haar om Paulien zo te commanderen en haar zulke bevelen te geven? Was dit wat het Klasse-Oudste-zijn met je deed? Of was ze zelf gewoon een bitch en had ze dat altijd van zichzelf ontkend? Ze wilde er niet over nadenken. Gauw stapte ze op een ander onderwerp over. “Meiden. Ik heb jullie voor een Klasseberaad bij elkaar geroepen. ‘t Klopt dat Juliette mijn Gidsmeisje is. Enne Marjan haar Mentor. Ik weet niet of jullie het in de gaten hebben, maar ze zijn er dus beiden niet.” Ja, dat hadden de meiden al opgemerkt. “Want, eh, het gaat dus om Juliette. Die is dus nog hartstikke groen.” Ik dus ook, dacht ze nog even stiekem. “Ze heeft dus nog nooit bij ons mogen slapen. Niet op de slaapzaal, niet bij één van ons op de kamer, zelfs niet bij haar Mentor afgelopen nacht.” Dat was tenminste iets geweest. Want Marjan had vannacht ook niet meer bij haar mogen slapen.... “Vanavond mag Juliette voor het eerst op de slaapzaal. Enne, ik ehh...” Jemig, hoe omzeil ik dat ik dat helemaal niet van mezelf weet, maar van het Schoolhoofd, dacht ze snel. Ze had zich echter geen zorgen hoeven maken. De meiden waren helemaal niet bezig met dat soort dingen. “...heb begrepen dat het nieuwste meisje op de slaapzaal eh als ze nog groen is, dat ze dan ehh...” “Ontgroend wordt.” Gedienstig vervulde Paulien haar taak als ‘tieten-meisje’. “Precies, en omdat ehh, omdat Marjan...” Hoe moest ze dit nu brengen? “Omdat Juliette Marjan van je heeft afgepikt moeten ze beiden een lesje leren.” “Is goed voor ze.” “Kunnen ze best tegen.” “Tof plan, lekker ontgroenen.” De meisjes praatten druk door elkaar heen. Niks geen motiveren hier. Wat konden meiden onder elkaar toch gemeen zijn. Maar ze hadden kleine hartjes, allemaal, daarvan was Moniek overtuigd. Ze zaten immers niet voor niks op de Kostschool. Kostschool voor Moeilijk Opvoedbare Meisjes. Het mocht wat. Kostschool voor Gretig Opvoedbare Meiden, dat was dichter bij de waarheid. Waardoor ze bereid waren om met hun medeleerlingen alles uit te halen wat ze zichzelf het meest toewensten. Rare meiden waren het. Lieve meiden ook. Zoveel lijkend op haarzelf. Ze maande hen tot kalmte. “We moeten overleggen,” zei ze, “want ik heb een bijzonder ontgroeningsplan voor Juliette bedacht. Jullie gaan daarbij helpen. Enne, over Marjan. Marjan heeft dus niks over Juliette te zeggen, dat weten jullie” De meiden knikten. Hadden ze dat net niet haarfijn uitgelegd? “Maar ehh Marjan is dus ook nog nooit op de slaapzaal geweest. Die moet dus ook ontgroend worden. Dus Juliette èn Marjan. Nou had ik bedacht dat....” Dat ook zij nooit op de slaapzaal geslapen had liet ze maar even achterwege. Trouwens, ze was nu Klasse-Oudste, dan telde dat vast niet. Nou ja, ook dáár waren de meiden helemaal niet mee bezig. Die wilden alleen maar actie. Onder haar leiding. Ze staken de koppen bij elkaar. Letterlijk. Dicht bij elkaar als echte samenzweerders. Al snel ontstond er een broeierige sfeer, waarin ze fluisterend snode plannen smeedden. Acht verhitte hoofden. En één die glimlachend vanuit haar hoekje toekeek. verliefd? Na afloop had Moniek iedereen weggestuurd. Ook haar nieuw verworven sloofje. Die had braaf gewacht tot ook de laatste afgedropen. Maar zonder enig protest was ook zij weggegaan. Gek eigenlijk: Sophie had de hele tijd niets gezegd. Niet bij haar aanstelling, niet nu ze weggestuurd werd... Maar het was hartstikke goed gegaan. Als vanzelf. Ze was nu echt de Klasse-Oudste en voelde zich op handen gedragen. Daar twijfelde ze nu niet meer aan. Maar wel aan zichzelf. Wie was ze nu echt? Het Meisje van Zijn Dromen... Dat had ze ooit willen zijn. Maar wilde ze dat nog steeds? Haar gedachten gleden terug naar de laatste ontmoeting met de Directeur en het Schoolhoofd. De ontmoeting waarbij ze de opdracht voor de ontgroening van Juliette had gekregen. Haar Rapport had voor de tweede keer op het bureau gelegen: Moniek, onderzoek naar haar disciplinaire mogelijkheden. Niet dat ze het nu had mogen lezen. Was ze nog steeds het meisje van zijn dromen? Ze had hem al zolang niet meer gezien. Niet bij de Tuchtraad, waarbij ze als Klasse-Oudste werd aangesteld. Hij moest dat hebben geweten. Niet bij het gesprek met de Directeur. Zelfs niet bij dit gesprek waar het Rapport zo duidelijk op het bureau lag zonder dat het ter sprake kwam. Het was heel verontrustend, zijn nadrukkelijke afwezigheid. Maar wat eigenlijk nog veel verontrustender was, waren haar eigen gevoelens daarover. Wilde ze het eigenlijk nog wel: het meisje van zijn dromen zijn? Ze merkte dat ze helemaal niet meer met hem bezig was. Ze was alleen bezig met zichzelf. En met Marjan. Oh, wat miste ze haar. Voor het eerst durfde ze het voor zichzelf te erkennen: ze was verliefd op Marjan. Hopeloos verliefd. Ze had nooit geweten dat ze verliefd kon worden op meisjes. Maar dat was niet het verontrustende deel van dat verliefdzijn. Wel dat ze zó verliefd was. Dat kende ze niet van zichzelf. Zelfs niet toen ze verliefd was op haar man. Gek, nog steeds vond ze het moeilijk om hem “Peter” te noemen, zelfs in haar gedachten. Of was dat juist heel veelbetekenend? Was ze verliefd geweest op de vaderfiguur. Die hij dus niet was? Was ze dan misschien ook helemaal niet verliefd op Marjan zelf, maar op het kostschoolmeisje dat Marjan was? Dat ze zelf ook was, kostschoolmeisje, en waar ze dus zo van was gaan houden? Dat ze dus eigenlijk verliefd was op zichzelf? Ze moest een beetje daarom lachen. Het was zeker waar. Ze was verliefd op het kostschool-meisje-zijn. Ze wist nu ook waarom zelfs het Klasse-Oudste-zijn niet erg meer was. Omdat ze één was met de meiden, daarom! Zolang ze zelf maar niets hoefde te bedenken, zolang ze zelf maar geen verantwoordelijkheid hoefde te nemen. Dan kon ze best spelen dat ze de baas was. Of gewoon, impulsief een meisje over haar schoot trekken en een pak slaag geven. Zoals bij Juliette. Dat was echt leuk geweest. Niet omdat ze haar had gestraft, niet omdat ze haar leiding had gegeven, haar ‘verantwoordelijkheid genomen had’ -bah die woorden alleen al- als ‘haar meerdere’ -nog zo’n kut idee. Nee, gewoon om zich op haar af te reageren, zonder er over na te denken. Zo was het dus allemaal helemaal niet zo moeilijk. Als ze zelf maar geen beslissingen hoefde te nemen. Als iemand haar maar zei wat ze moest doen. Dan was straffen net zo fijn als gestraft worden. Dan zou ze zelfs Marjan kunnen straffen. Marjan die zo graag wilde. Maar niemand die haar strafte. Nog niet.... Ze grinnikte even in zichzelf. Een voorpretje. Over Juliette. En Marjan... Marjan van wie ze hield. Ze zuchtte. Nee, ze hield echt van haar. Niet alleen omdat ze zoveel in haar herkende, echt niet. Ze was immers tegelijkertijd ook zo heel anders. Niet zo’n piekerkont als zij. Ze was echt ongedwongen. Impulsief. Spontaan. Mooi. Lief. Oh, wat voelde die verliefdheid heerlijk in haar buik. Ja, het was waar. Ze zuchtte diep. Omdat, juist omdat ze zo van haar hield zou ze haar kunnen straffen. Echt wel. Maar het zou nog steeds niet kloppen. Ook voor Marjan niet. Daarvan was ze overtuigd. Marjan had een vaderhand nodig. Niet een meisjeshand, ook al was dat meisje zevenentwintig. Toch was ze vast van plan om haar te geven waarnaar ze verlangde. Niet als Moniek, maar als Klasse-Oudste. Niet alleen omdat ze van haar hield, maar ook omdat ze nu, als Klasse-Oudste, die macht had. Die macht wilde ze -voor één keer?- gebruiken. Voor Marjan. Maar had Marjan ook haar nodig, Moniek? Was ook zij verliefd? Echt verliefd? wie was nou al weer wie? lijst met personages: herzien - opent in nieuw tabblad en waar speelde zich het allemaal af? het Gebouw - opent in nieuw tabblad © Paul Gérard omdat de "volgende hoofdstuk link" in de blauwe balk hieronder niet werkt naar het volgende hoofdstuk: Wraak
verhalen maken dromen waar
|
|
|