een bod op Slavin Eva
Ik weet wat je gedaan hebt, mijn Eva. Ik heb niets gezegd natuurlijk. Maar toen je het huis uitging, wist ik dat het zonder slipje was. Zoals je liep, zoals je keek toen je deur achter je liet, wist ik dat je onder dat korte rokje niets droeg. Dat je de wereld uitdaagde zo de stad in te gaan. Dat je vreesde dat de mannen die je zo tegenkomen het zagen. En tegelijkertijd hoopte dat je rokje even zou opwaaien zodat ze het wel moesten zien. Toch liet ik je gaan. Wilde ik dat je ging. Zodat ik kon doen wat ik al langer van plan was te doen. Wachtend op je terugkomst en....... Ik geef je een afstandelijk kusje bij binnenkomst. En zeg: “ah fijn dat je er eindelijk bent, we gaan uit eten. Doe maar die avondjurk aan waarin je jezelf zo mooi vindt, dan mag je ook je je mooiste ondergoed er bij dragen”. De tranen staan bijna in je ogen, want je voelt je vreselijk schuldig en nu moet je ook nog die mooie jurk aan, zo tegengesteld aan wat je nu aan hebt: nu kort en bloot van onderen, verhuld van boven; straks kort en bloot van boven, en verhuld van onderen. Oh, je jurk ěs prachtig en zo lang dat ze langs de grond zwiert. Maar je verdient het niet.... Dan neem ik je mee en verras je, niet met zo maar een restaurant, nee eentje dat heel deftig is. Met stijve witte kleedjes en dik tapijt, en vooral veel, heel veel obers in het zwart. Ik vraag je welke ober je het leukst vindt en laat je vragen om door hem bediend te worden. Hij is heel gedienstig en ik moedig je aan om met het te flirten. Elke keer als hij langs komt een beetje meer. En elke keer als hij weer verdwenen is, heb je moeite om je tranen in te houden. Merk ik nou echt niets? Zie ik dan niet dat je helemaal niet wil flirten met vreemde mannen. Weet ik dan niet dat je gestraft moet worden? Dan laat ik je om de rekening vragen. Die krijg je op een schoteltje. Ik leg het geld er op en zeg dan tegen jou: “en als fooi je slipje.” Natuurlijk kijk je wanhopig om je heen. Maar je bent een prachtige vrouw en er is altijd wel een heer die belangstellend naar je kijkt. Zo, onder diverse ogen moet je binnen je lange jurk omhoog om je slipje te bereiken. Je kontje op te tillen en het slipje naar beneden te trekken. Met een hoofd als een biet leg je het op het schoteltje. Nog gaan we niet naar buiten. Want ik laat je de ober roepen om je persoonlijk het schoteltje te laten aanbieden (wat natuurlijk erg ongebruikelijk is). Je schaamt je diep als je mijn bevel ten uitvoer brengt. Maar nňg gaan we niet weg. Want we willen nog een extra kopje koffie. Dan zeg ik tegen je: “zeg schatje, zo zonder slipje kun je niet blijven zitten, het is tenslotte je lievelingsjurk.” “Moet ik dan staan,” vraag je hoopvol? Maar nee ook die hoop is onterecht en ik laat je je jurk van achter opstropen zodat hij in wijde banen om je stoel valt. Zodat je nu met je blote billen op het leer zit. Natuurlijk bewonderd iedereen dat prachtige beeld van jouw. Ik láát iedereen je bewonderen: door je oogschaduw bij te werken en je haar te doen, zodat steeds je handen van je schoot zijn en je jurk in het volle gezicht. Dan pas mag je afscheid nemen van je ober. Dan pas mag je naar huis. Dan pas mag je je thuis uitkleden. Zodat ik als troost je billen rood ransel en je eindelijk je tranen de vrije loop mag geven.
wie Heerst is Dubbel verantwoordelijk
|
|