Gepost op zaterdag 23 januari 2021 - 02:00 pm: |
|
|
gestraft door een ander
Het gebeurde vlak nadat ik hem mijn Meester mocht noemen en ik zijn slavin. Nog voordat hij mij mijn naam gaf: Luxuria. Mijn verhaal begint op een vrijdag. We hebben net gegeten, wanneer mijn Meester me vraagt wat ik van Anton vind. Anton is zijn beste vriend. Ik ken hem nog niet zo goed maar het bloed stijgt meteen naar mijn hoofd. Ik weet waarom hij dat vraagt. Toch lukt het me nog om op gewone toon te vertellen dat ik hem aardig vind en attent. Maar wel wat afstandelijk. “Maar dat is niet wat ik van anderen hoor. Verhalen over hoe slecht hij zijn ex behandelt. Die overigens helemaal geen ex is... Verhalen die jij vertelt.” Het bloed stijgt me naar mijn wangen. “Is Klazien geen ex dan?” ben ik nog zo dom om te vragen. “Dus het is waar dat je over hem roddelt?” Ik word zo mogelijk nóg roder. “Ik eh, vertelde eh,” stotter ik, “wat Klazien mij vertelde en dat was eh..” “Roddelen dus.” Hij schudt meewarig zijn hoofd. “Hoe diep kun je zakken, meisje. En dan nog over Anton. Denk je dan niet na?” Hij heeft helemaal gelijk. Ik had niet nagedacht. Ik was alleen geschokt over haar verhaal. Zo geschokt dat ik het direct aan mijn beste vriendin had doorverteld. Erger, ik had gedacht: ‘Mannen zijn schoften.’ Jazeker. Terwijl mijn Meester het tegendeel bewijst. En Anton ook, dat realiseer ik me nu maar al te goed. “Het is maar goed dat je zo’n goede vriendin hebt.” Auw! Zij had aan mijn... Bijna word ik boos. Dat zij aan mijn Meester... Bijna. Want alleen ik ben schuldig. Ik hoor trots te zijn op zo’n goede vriendin als zij. Die precies weet wat nodig is en er naar handelt. Zodat mijn Meester... “Wilt u me daarvoor straffen Meester? Heel streng straffen?” “Nee,” zegt hij beslist. Kon het dan nog erger worden? Ja, dus. Nee eigenlijk. “Anton gaat je straffen. Ik heb het hem nog niet gevraagd, maar weet zeker dat hij geen ‘nee’ zal zeggen.” En ik weet dat mijn Meester daarmee volledig in zijn recht staat. Roddelen is al vreselijk, maar roddelen over zijn beste vriend is... Hij belt hem meteen. Natuurlijk hoor ik alleen zijn kant van het gesprek. Hij vertelt uitvoerig over mijn roddelen. Had ik dat echt allemaal doorverteld? Erger, nu ik hem dat aan Anton hoor vertellen ik realiseer me dat ik het ook nog eens heb aangedikt. Een mooi verhaal nog mooier maken. Nou ja, mooi verhaal. Roddelen dus. Mijn Meester zegt tegen hem dat hij wil dat hij mij gaat straffen. Anton dus. Streng en hard, benadrukt hij. Maar het ‘hoe en wat en hoeveel’ is helemaal aan hem. En hoelang, dat ook. Hij laat alles aan hem over. Echt alles. Pas als Anton tevreden is mag hij me terugsturen. Dat is zelfs zijn voorwaarde. En mocht hij anderzijds gebruik van mij willen maken in de tijd dat ik bij hem verblijf, ook daarvoor geeft hij uitdrukkelijk zijn toestemming. Het duurt even voordat ik besef wat dat betekent: ‘gebruik van mij maken’. Is mijn bezoek bij hem dan meer dan gestraft worden? En mijn ‘bezoek’ aan Anton is ‘verblijf’ geworden, realiseer ik me. Komt hij me dan vanavond niet meer ophalen? Nee, hij verwacht niet dat ik vanavond al thuis zou komen, hoor ik hem zelfs zeggen. Gelukkig is het nu vrijdagavond, en pas maandag pas moet ik naar mijn werk, dus... Net alsof hij mijn gedachten leest. “Ik meld haar maandag wel ziek of zo,” zegt hij, “mocht dat nodig zijn.” En daarna met een pauze, “wat ik heel goed kan indenken.” Maar dat betekent dat Anton mij niet alleen gaat straffen maar ook... En dat hij daarvoor alle tijd krijgt om... Ik wil er niet over nadenken. Ik ben van mijn Meester en mijn Meester alleen. Toch kan ik het denken daaraan niet stoppen. En voelen al wel helemaal niet. Ik zou angst moeten voelen, afschuw maar... Afschuw voel ik alleen voor mijn eigen daden, want ik merk dat ik naast de bibbers ook iets heel anders voel. Geilheid. Verdraait, ik ben nat geworden, gewoon alleen van het idee dat Anton, dat Anton mij... Nee. Stop. Ik merk dat dat helpt. Wat ook helpt is dat mijn Meester me na zijn gesprek met Anton direct uitkleedt en andere kleding voor me uitzoekt. Stijlvol en modieus gelukkig. Niet uitdagend. Wel mijn gebruikelijke ondergoed, maar ik weet: ik mag van hem òf dat òf niets. Dus gordeltje, kousen, kanten slip en beha. Hoge hakken ook: fijn. Geen banden om: nog fijner. Ik voel me een elegante jonge vrouw met stijl, klaar voor bezoek bij een vriend. Ja, ik ben goed in het mezelf voor de gek houden. Mijn Meester brengt me. Voor Antons huis staan we stil en gaat de deur al open. Mijn Meester geeft een knikje. Geen kus. Ik gehoorzaam. Langzaam loop ik naar Anton toe. Hij kijkt me vriendelijk aan en gebaart me naar binnen te gaan. Ik wil met een blik afscheid nemen van mijn Meester maar hoor hem al wegrijden. Ik loop de woonkamer binnen. Blijf onwennig in het midden staan. Anton loopt achter me langs ook naar binnen en gaat op de bank zitten. Zal ik naast hem op de bank plaats nemen, of gaan zitten op één van de fauteuils? “Staan blijven.” Hij zegt het vriendelijk maar toch. “Handen netjes op je rug, meisje.” Ik gehoorzaam aarzelend. Want netjes, wat betekent dat? “Netjes rechtop, hoofd een beetje gebogen. Deemoedig. Maar me wel blijven aankijken.” Juist. “En je blijft altijd beleefd. Je bedankt mij dus. En voor jou is het vanaf nu ‘u’. En je spreekt altijd met twee woorden. Weet je wat dat betekent, meisje.” Ik antwoord schuchter: “ja eh meneer?” “Goed zo, maar voor jou geen meneer maar Mijnheer. Je Meester ben ik niet, maar ik verdien wel extra respect van jou, nietwaar meisje?” Ik bloos om dat voortdurende meisje. Zo voel ik me ook. En ergens ben ik wel blij met zijn opdracht. Dat schept afstand, en afstand heb ik nodig. “Jawel, Mijnheer. U verdient respect en voor mijn falen om u dat te betonen ben ik hier, Mijnheer.” “Heel goed meisje, heel goed.” “Dankuwel, Mijnheer.” “Hmm, daar voegen we dus nog een regel aan toe. Je spreekt niet voordat ik je toestemming daarvoor gegeven heb. En als ik bedankt wil worden geef ik je daarvoor wel een opdracht.” Oeps. Weer fout. En wat is hij streng. En eh wat vind ik dat fijn. Het begint opnieuw te kriebelen. Wat is dat toch met mij. Ik ben hier om gestraft te worden, niet om... “Als je mijn aandacht hebt, zoals nu, zwijg je. Dus heel goed dat je me nu niets zegt. Als ik getwijfeld had of je het begrepen had, had ik dat gezegd. Maar voor het geval je mijn aandacht niet hebt en toch wat wil zeggen. Dan wacht je tot je dat wel hebt en ik het initiatief neem. Dat wachten doe je door voor mij te knielen met je handen open op je knieën en je hoofd gebogen.” Pfoe, zelfs mijn Meester was nooit zo streng. Maar ja, ik ben hier om gestraft te worden. En eigenlijk vind ik zijn regels een hele opluchting. Ik hoef hier niets, ik ben hier niets, ik mag hier niets. Ook niet ... dat gevoel daar onderin mijn buik dat... “Ik weet dat jij weet dat je Meester mij de vrije hand heeft gegeven. De vrijheid om met je te doen wat ik wil. Je straffen natuurlijk, maar ook om je te gebruiken.” Oehh weer die kriebels in mijn buik. Alleen die woorden als ‘om je te gebruiken’. Ik ben van mijn Meester, ik mag dit helemaal niet voelen. “Van dat laatste ga ik geen gebruik maken. Hoe graag je dat ook wilt.” Ik krijg een kop als vuur. Hoe kon hij dat weten. Hoe... “Je bent een heel mooie vrouw. Heel aantrekkelijk. Heel begeerlijk. Ook voor mij. Dat ben je altijd voor mij geweest. Bezit van je nemen, je neuken. Ik zie de geilheid in je ogen. Ik weet dat je die onderdrukt, maar er hoeft maar ‘iets’ te gebeuren en je geeft je daaraan over. Het zou niet alleen te gemakkelijk zijn, het zou afdoen aan je straf. En dat is wat je verdient. Alleen dat. Straf voor wat je gedaan hebt. Waartoe je jezelf verlaagt hebt. Zo diep zinken. Niet alleen in mijn ogen, maar ook in die van je Meester, en bovenal: in die van jezelf. Dus nee, nemen zal ik je niet, maar straffen des te meer.” Er drupt een traan uit mijn ogen. Het is zo waar wat hij zegt. Natuurlijk voelt het heerlijk dat hij me begeert. Maar dat hij me wil straffen voor mijn afschuwelijke gedrag, dat is zo belangrijk voor me. Je zó voor jezelf te moeten schamen... En toch, en toch, dat idee gestraft te gaan worden, alleen maar gestraft te worden, gestraft door hem, niets anders dan dat, ook dat maakt me week. “Goed, je gaat nu voor de spiegel staan achter je. In de houding die gepast is voor het je voorbereiden op je straf. Ik weet dat je Meester je vaak die opdracht geeft, ik weet alleen niet hoe hij dat doet en wat dat inhoudt. Dat hoef ik ook niet te weten. Het is voldoende dat jij dat weet. En gehoorzaamt.” ‘In de hoek, jij,’ zou mijn Meester streng zeggen. Als ik niet thuis was zou zijn vinger voldoende zijn. Maar altijd een plek waarin er niets te zien was. Geïsoleerd, alleen bezig met mezelf, moest ik dan wachten. Soms kort, maar vaak lang. Heel lang zelfs. Maar nooit voor een spiegel dus. Ziet hij mijn aarzeling? “Bij mij is dat voor een spiegel. Ja zeker, nergens anders. Ik wil je namelijk op elk moment helemaal kunnen bekijken. Natuurlijk kan je dat dan ook omgekeerd: naar mij kijken dus. Dat sta ik echter niet toe. Je mag alleen naar jezelf kijken. En reken maar dat ik zie wanneer je dat niet doet. Ga!” Ik volg verbaasd zijn vinger en kijk naar achteren. Daar hangt inderdaad een spiegel. Een heel grote spiegel in een majestueuze lijst. Verwonderd volg ik zijn bevel op en neem vlak voor de spiegel mijn houding aan. Benen gespreid, borst naar voren, handen in mijn nek, ellebogen strak naar achter. Ik hoef daar niet over na te denken. Dan kijk ik in mijn eigen ogen. Dat is confronterend. Automatisch wend ik mijn blik af. “Kijk in je ogen,” klinkt het meteen streng. Nog maar zo kort hier, en dan al ongehoorzaam. Maar daar zegt hij niets van. Kijken in je eigen ogen, zeker als de spiegel zo dichtbij is, en al helemaal in die zo vernederende houding, is moeilijk. Ik hoor hem achter me bezig zijn. Het lijkt alsof hij iets zwaars verschuift. Heel even zoeken mijn ogen hem. “Kijken,” klinkt het nu boos. Hoe kan hij dat zien, denk ik verward, hij is toch bezig? Maar het geeft me ook rust. Niets ontgaat hem. Mijn straf ligt in zijn handen. En ik wil het. Ook het hier staan voor een spiegel. Al haat ik die ogen die me aankijken, al kan ik straks van de kramp niet meer netjes staan, ik wil en zal hem gehoorzamen. Het is stil in de kamer geworden. Ik ben zo bezig met mijn eigen gedachten dat ik niet meer opgelet heb. Ik weet niet of hij nog in de kamer is, laat staan waar. Kijken durf ik natuurlijk niet meer. Maar dat wil ik eerlijk gezegd ook niet. Dit is deel van mijn straf. Een straf die ik zó verdien. Door... door te roddelen, alleen het woord al wekt mijn afschuw op. Mezelf tot zo iets afschuwelijk te verlagen. Ik voel het verdriet in mij en zie een traan uit mijn rechteroog opwellen. Maar volgen doe ik die niet. Ik voel me klein en gestraft. Ook in mijn andere oog zie ik een traan. Mijn God, wat zou ik nu graag echt gaan grienen. Maar dat kan niet als je zo alleen maar in je eigen ogen kijkt, merk ik. Alleen zelfmedelijden rest mij. Maar ook dat gun ik mezelf niet. Mijn hele lijf vraagt erom om gestraft te worden. En vooral mijn billen. Ik voel ze nu ook, terwijl ik ze aanspan uit angst voor de komende pijn. ‘Mag niet,’ hoor ik mijn Meester tegen me zeggen. ‘Ontspan ze. Alleen je volle billen wil ik slaan.’ Ik gehoorzaam. Trots op zijn woorden. Doet het er toe dat het nu alleen binnenin mij is dat ik ze hoor? Maar die angst, dat voelen... Ik voel me nat worden... “Nee,” zegt hij. Hoe weet hij dat ik niet echt meer kijk, maar voel? Dat mijn ogen niets meer zien. Voor even, want door zijn ‘nee’ ben ik weer helemaal bij de les. En begint het lange wachten. Zoals ik al verwachtte word ik langzamerhand stijf. Maar ik weet dat hij daar is, achter me. Dat is voldoende. Ik staar in mijn eigen ogen. Geen tijd meer voor iets anders. Ik wacht tot hij het tijd vindt. Tijd om mij te straffen. “Kom.” Eindelijk klinkt dat verlossende woord. Niet streng maar zacht. Zo zacht heb ik hem nog niet horen spreken. Het vervult me met trots. Langzaam draai ik me om. Hij zit schuin achter me op een rechte stoel. Ik weet wat dat betekent. Ik ga bij hem over de knie. Ik voel me week worden. Nee, niet weer. Maar ik kan het niet tegengaan. Ik laat mijn strafhouding los. Met mijn handen op mijn rug loop ik langzaam naar hem toe en blijf vlak voor hem staan, mijn ogen geloken. “Je gaat bij mij over de knie. Maar dat wist je al.” Is dat een vraag waarop ik antwoord moet geven? Mag geven, want ik wil zo graag gehoorzaam zijn. Hij lacht. “Je bent lief,” zegt hij: “Ik zie je twijfel. Maar je hoeft niet bang te zijn. Je doet je best, echt je best. Om mij te gehoorzamen. En dat is voldoende. Zwijgen of antwoorden, beiden is dan goed. Kom, ga maar liggen.” Dat helpt. Ik voel de onzekerheid van mij afglijden. Hij is rechtshandig dus loop ik naar zijn rechterkant en strek me voorzichtig over zijn knieën uit. Ik ben gewend dat mijn Meester mijn handen vastpakt, maar hij dat doet niet. Hij voelt mijn aarzeling want hij zegt: “Gewoon je uitstrekken meisje. En schop je die hoge hakjes van je uit.” Dat betekent dat ik met mijn handen en mijn voeten aan de grond blijf. Ik merk dat ik zo gemakkelijk de juiste balans op zijn schoot kan vinden. Het is minder intiem dan wanneer ik bij mijn Meester over de knie ga, maar nu voelt dat als heel passend. Ik lig hier om een pak slaag te krijgen. Voor straf. Hij tilt mijn rok op en legt hem op mijn rug. Met beide handen schuift hij mijn kanten slip naar beneden tot aan mijn knieën. Mijn kousen en jarretel laat hij zitten, wat me verbaast. Maar ook dat is hoe het hoort te zijn. Mijn billen zijn immers zo bloot genoeg om op te slaan, dus waarom zou hij? Heel even glijdt hij met een hand over mijn billen. Net alsof hij even de temperatuur wil meten. Om te vergelijken met wanneer hij klaar met me is? Dan begint hij te slaan. Niet hard, niet zacht maar stevig. Dit hou ik wel vol, denk ik. Zeker als hij me met kalme regelmaat zo op de dezelfde manier door blijft slaan. Maar schijn bedriegt, want juist omdat hij zo onverstoorbaar doorgaat, en zo lang, komen mijn kreten, onontkoombaar. Ik heb geleerd om me niet in te houden, maar het gewoon te laten gaan, zonder te overdrijven. Ik hoor mezelf nu kreunend au roepen. Het doet zeer. Ik heb moeite met stilliggen. Toch zijn het maar kleine bewegingen die ik maak. Ik begin in mijn handen te knijpen om de als maar toenemende pijn op te vangen. Dat lukt. Toch stopt hij plotseling. “Je mag je billen niet samenknijpen,” zegt hij, “anders moet ik een borstel gebruiken.” Deed ik dat dan? Snappen doe ik het niet, maar ik geloof hem en ik wil hem al te graag gehoorzamen. Maar hoe? “Concentreer je. Als ik zie dat je je best doet en ik zie dat je ze toch per ongeluk spant, wacht ik tot je je weer onder controle hebt. Spartelen mag wel.” Ook dat snap ik niet helemaal, maar doe wat hij zegt. Het helpt gek genoeg. Ik schreeuw meer, beweeg met mijn hele lijf, maar zonder me op te richten natuurlijk, span en ontspan. Zo vinden we beide een nieuw ritme. Hij slaat en slaat en slaat. En ik spartel schreeuw en huil. Ik begin dingen te roepen. Ik weet niet wat. Ja nee au. Zoiets. Tot ik alleen maar huil en jammer. Hij gaat maar door. Ik verlies alle besef van wat er gebeurt. Er is alleen nog maar de pijn. Dan slaat hij plotseling heel hard en heel snel. Eén twee drie vier vijf. Ik wil weg. Wil worstelen. Dit... Maar dan is het over. Even plotseling als het begon. Dan is het zelfs helemaal over. Verdwaasd blijf ik liggen. Hoe weet hij dat hij op precies dat moment moest stoppen? Het moment dat ik niet verder kon? Of is het dat ook zijn pijn hem te veel is geworden? Want zo hard slaan moet ook voor hem heel pijnlijk zijn. Hij is tenslotte allesbehalve een bouwvakker. Ik schaam me dat ik me dat niet realiseerde. Maar inmiddels is hij me gaan strelen en heb ik andere zorgen. Geilheid. Mijn billen zijn beurs en heet, zijn handen vast ook. Maar mijn geilheid laat zich niet bedwingen. Nu geen vraag meer of, maar hoe erg. Ik ben nat, daarvoor hoeft hij me niet te voelen. Ik hijg. Zelfs zonder dat hij mijn klitje aanraakt ben ik bang dat ik klaar kom. Die angst is onterecht, zo werkt dat niet bij mij. Maar oh wat graag zou ik hem in me willen voelen, met wat dan ook, van hem. Of gewoon dat hij... Nee nee nee: ik heb straf verdiend. “Open je dijen.” Hij zegt het zacht. Hij weet het. Hoe dat kan? Zou ik dan, zo nat? Natuurlijk gehoorzaam ik. Om door hem bestraffend toegesproken te gaan worden. Maar dat gebeurt niet. Hij laat me stil liggen. Ik weet dat hij het ziet, mijn geil. Dat maakt het alleen maar erger. Toch blijf ik stil liggen. Tot hij eindelijk spreekt. “Glij nu langzaam en voorzichtig van mijn schoot. Zó dat je op je netjes met je knieën op de vloer belandt.” En als ik probeer dat ook zo elegant mogelijk te doen: “maak het je niet te moeilijk.” Met mijn handen op zijn knieën zet ik me nu af. Zo beland ik gebukt en met handen en voeten op de vloer. En mijn knieën onder mijn billen. Oef, mijn hielen raken mijn billen, dat voel ik. “Recht je rug nu. En netjes.” Ik weet wat betekent: handen weer in mijn nek, borst naar voren, blik naar beneden. Gelukkig valt mijn rok nu pas terug zodat ook die netjes in een cirkel om me heen valt. “Goed zo.” Ik voel me trots. Maar mijn geilheid, die ik even vergeten was, komt terug. Mijn brandende billen rusten nu echt pijnlijk op mijn hielen. Maar dàt maakt me alleen maar geiler. Zo hier stil te zitten, netjes voor hem, naast hem, op de grond. Ik hoop dat hij kijkt. Of beter van niet. Want ook dat idee verhoogt mijn geilheid. Verboden geilheid. “Open je dijen, wijd.” Hij weet het dus. Èn hij kijkt. Mijn God, ik voel me zelfs gelukkig nu, terwijl ik me voorzichtig voor hem open. Niet dat er iets te zien valt, daarvoor zorgt mijn rok. Maar het maakt niet uit. Ik ben door hem gestraft en heb me voor hem geopend. Voor hem die ik amper ken. En die beslist mijn Meester niet is. Die ik heb gekwetst en beledigd met mijn geroddel. Voor hem ben ik geil. Mijn Mijnheer.
woede, ijdelheid, jaloezie, onmatigheid, luiheid, hebzucht en ...
|
|
Luxuria
Lid
Bericht Nummer: 15 Aangemeld: 05-2020
Beoordeling: nog geen Stemmen: 0 (Waardeer!) | Gepost op zaterdag 23 januari 2021 - 02:03 pm: |
|
ja zeker 'Wellust' als afsluiting, maar waarom zó? |
Ik weet het, het hoort niet. Je hoort niet meteen een commentaar te zetten bij een verhaal dat je net zelf geplaatst heb. Toch vind ik dat het hier moet. Want dit verhaal heet “Wellust”, een titel die het helemaal niet zou krijgen. Toen ik eraan begon heette het: “Gestraft door een ander”. Ik wilde heel graag “Wellust” schrijven, als voltooiing van mijn zevenluik: de zeven hoofdzonden. Maar dat verhaal wilde maar niet vlotten. Ik zat te veel met die, nou ja ‘bijzondere’ manier van schrijven van me. Half verhaal, half gedicht. Iets wat ik van tevoren niet bedacht had, maar dat toch zo uitpakte. Over het waarom heb ik elders reeds geschreven. Maar er speelde meer. Wellust is hoe ik heet. Het is mijn naam. “Luxuria”. De naam die mijn Meester me gaf. Dat deed hij niet voor niets. Voor hem is wellust geen zonde maar een deugd. Mijn ‘deugd’ (toch Meester?). En daarover schrijven als mijn ‘zonde’? Tsja, vind je het gek dat ik daar niet uitkwam? Toch had ik zin om een nieuw verhaal te vertellen. Een verhaal uit het begin van onze liefde. Maar niet over hem, Mijn Meester. Dat lag nog te gevoelig. En zo ontstond dus “Gestraft door een ander”. Zonder nadenken kon ik zo lekker doorgaan met schrijven. Eigenlijk net zo als mijn eerste verhaal: “Woede” ontstond. Maar ook: schrijven over wat mij deed beseffen wie ik ben. En mijn naam kreeg. Dat was nog wel het meest verrassende. En toen ik dat besefte wist ik dat ik helemaal niet een ‘nieuw’ verhaal hoefde te schrijven voor mijn zevenluik. Daar was ik al mee bezig. Dit verhaal hoorde “Wellust” te heten, met “Gestraft door een ander” als ondertitel. Ook al gaat het aan alle andere verhalen vooraf. Nog gekker: het verhaal dijde maar uit. Drie hoofdstukken zijn het geworden. Hier het eerste deel. Hoop dat je het mooi vindt. Oh ja, ook het slot van mij laatste echte zonde: “Hebzucht” heb ik daarom veranderd.
woede, ijdelheid, jaloezie, onmatigheid, luiheid, hebzucht en ...
| |
Lees en Beleef
Bevlogen lid
Bericht Nummer: 89 Aangemeld: 09-2019
Beoordeling: nog geen Stemmen: 0 (Waardeer!) | Gepost op dinsdag 26 januari 2021 - 11:48 am: |
|
prachtig verhaal, ontroerende toelichting |
Wat een prachtig verhaal, Luxuria. En zo verrassend. Je uitleg over het ontstaan hierboven heb ik met aandacht gelezen. Heel ontroerend en bijzonder, dat je zo open durft te zijn. Want echt getuigt van moed is om zo over je twijfels en zoektocht te schrijven. Ik vind het ook jammer dat er zo weinig gereageerd is op je vraag om hulp, om ondersteuning. Dat het je dat dan als beginnend schrijfster extra onzeker maakt snap ik. En ik kan dan wel steeds zeggen dat je geweldig schrijft, dat je poëtische manier van schrijven van de eerste zes zonden prachtig is, je blijft als beginnend schrijfster kwetsbaar. Zeker als je zo moedig bent om af te wijken van wat hier ‘normaal’ is. Wat ik echter echt bijzonder vind, is hoe je beschrijft waarop “Wellust” uiteindelijk ontstaan is. Dat je ons dat inkijkje geeft, is niet alleen moedig, maar voelt ook haast intiem aan om te lezen. Dat je in dit verhaal die oude stijl loslaat: ook dat klopt eigenlijk helemaal. Het is het eind van een reeks, de laatste zonde, en toch is het een terugblik. Echt heel goed gevonden (ook al was het zoals jezelf zegt toeval. Mijn partner zou dan zeggen ‘toeval bestaat niet’). Dan is het ook nog eens een prachtig verhaal. Wat volgens jou nog niet afgelopen is. Later wil ik ook daarover schrijven, maar voorlopig laat ik het even hierbij.
het lezen van een mooi verhaal ... is het zelf beleven
| |
SmFan
Actief lid
Bericht Nummer: 28 Aangemeld: 12-2006
Beoordeling: nog geen Stemmen: 0 (Waardeer!) | Gepost op donderdag 04 februari 2021 - 09:42 pm: |
|
gemeen hoor, zo'n spiegel |
Bijna vergeten dit verhaal... Zou ik dus nooit doen, mijn subje in een spiegel laten kijken nadat ze gestraft is. Ze mag zich alleen maar schamen. Voelen dat ik naar haar kijk. Nou ja, ze mag zich daar ook trots van voelen. Maar super hoe je dat beschrijft hoe dat bij jou werkt. Toch misschien maar eens uitproberen!
SPANKING ... lekker om te lezen - leuk om te doen ... SM
| |
Luxuria
Lid
Bericht Nummer: 17 Aangemeld: 05-2020
Beoordeling: nog geen Stemmen: 0 (Waardeer!) | Gepost op vrijdag 05 februari 2021 - 02:09 pm: |
|
opluchting |
Dank jullie wel, Lees en Beleef en SmFan. Het schrijven van een sm verhaal blijft spannend, en het schrijven over het ontstaan nog veel meer. Wie zit daar nu op te wachten? Maar voor mij was het belangrijk. En mooi dat je schrijft dat het eigenlijk juist wel helemaal klopt: dat Wellust het laatste verhaal is en toch het eerste. En dat daarom de stijl ook anders is. En ja, SmFan, er komt nog een derde aflevering. De spiegel vind ik leuk om mee te spelen. Als sub vind ik het heel confronterend, maar als dom denk ik dat het heel spannend is. Maar natuurlijk wel gemeen dat je dan zelf niet mag kijken. In het derde deel wordt het nog spannender... Ben benieuwd naar de ervaring van andere subs... (en doms natuurlijk). Probleem is natuurlijk dat je lang niet altijd een grote spiegel op de goede plek hebt.
woede, ijdelheid, jaloezie, onmatigheid, luiheid, hebzucht en ...
| |
|