Gepost op zaterdag 05 maart 2022 - 01:36 pm: |
|
|
over het ontstaan van het Genootschap
De eerste opdracht voor Juliette als ambassadeur van het Genootschap was het voorbereiden van hun eerst eigen Kringbijeenkomst. Daarvoor was het noodzakelijk dat zij het Instituut moest verlaten. En aangezien men, het Instituut dus, het onverantwoord vond dat Juliette alleen zou reizen, moest er iemand mee. Waar men zich in hemelsnaam dan zorgen over maakte kon met haar niet vertellen. Wel dat de aanwezigheid van een Gecertificeerd Dienstmeisje als voldoende werd gezien om het bezoek ‘verantwoord ’ te verklaren. Ze zou hiertegen moeten protesteren, haar gevoel van eigenwaarde schreeuwde er om, maar haar ratio zei haar dat ze er alleen maar blij om moest zijn. Het gaf het Instituut de indruk dat ze verantwoord bezig waren met zo iets driest als een nog niet ‘ingewerkte’ slavin op pad te sturen zonder een meesterlijke begeleiding, en haar de wetenschap dat ze kon doen wat ze boven alles verkoos om te doen: op pad gaan met Dora. Je zou haast denken dat ze daarbij haar taak ambassadrices als bijzaak zag, wat absoluut niet het geval was. Integendeel. Ze ervoer haar opdracht als blijk van groot vertrouwen en vond het vooruitzicht om echt iets zinvols te doen heerlijk: iets waarvan ze wist dat ze er goed in was. Ze kregen dan ook een auto mee van het Instituut, eentje die beslist paste bij de status van een ambassadrice. Ze waren op weg naar de ‘andere’ helft van hun nieuw opgerichte Kring. Ze wist dat het om twee oudere echtparen ging, die dus afkomstig waren van een allang bestaande Kring. Bij aankomst ging de deur al open voordat ze aangebeld had. Geen dienstmeisje hier, het was een oude gedistingeerde heer die opendeed en hen verwelkomde. Dora volgde haar braaf en deed de deur achter hen dicht. Even wist Juliette niet wat te doen. Hoe begroet je een oudere Meester? Door zich afwachtend op te stellen. Dat leek een goed keuze gezien zijn vriendelijke blik. Hij tilde echter daarna zijn hand op, handpalm naar boven. Het leek een uitnodigend gebaar. Hij zag haar aarzeling en maakte nogmaals een lichte beweging naar boven. Het deed haar denken aan de ‘revérence voor de man’ zoals ze die geleerd hadden bij Juffrouw V. Alleen zonder dat malle draaibeweginkje. ‘Gewoon maar doen,’ dacht ze. Dus zette ze haar rechtervoet schuin achter haar linker met alleen haar voorvoet aan de grond. Pakte haar jurk met beide handen, ging lichtjes door haar knieën terwijl ze tegelijkertijd haar jurk een beetje omhoog tilde. Om daarna weer rechtop te gaan staan en haar jurk weer los te laten. Ze zag in zijn ogen dat het precies was wat hij had gewild, en bood hem haar hand aan, die hij tenslotte aannam om er een kus op te drukken. Om haar vervolgens vragend aan te kijken. “Juliette, meneer,” zei ze automatisch. “Matthias, meester,” antwoordde hij en keek haar daarbij vragend aan. Ze begreep niet helemaal wat hij van haar verlangde. “Juliette...?” vroeg hij. Ah, die uitnodiging begreep ze: “Juliette Waardenb...” wist ze nog net in te slikken. Ze kreeg een kop als vuur, hoe kon ze zo dom zijn. “Excuus, meneer,” weer die blik: “eh meester Matthias, Juliette, slavin,” en ze maakte snel nog een reverence om het goed te maken. “Slavin van...” “Slavin van meneer de Directeur,” dat voelde nog steeds niet goed, maar Matthias accepteerde het. Nu een stapje opzij doen voor Dora. “Mijn Dienstmeisje, Dora.” Dora beantwoorde dat direct met een net kniksje. “Gecertificeerd?” vroeg Matthias, “en... ” “Gecertificeerd Dienstmeisje, meester,” maar dat ‘en’ van Bernhard was nog even een puzzel voor haar. Maar natuurlijk, voor hem was deze situatie heel ongewoon. “Mijn Gecertificeerd Dienstmeisje, meester, mijn Meester heeft haar onder mijn gezag geplaatst.” “Zo, heeft hij dat, die oude schavuit,” antwoordde Matthias met een brede lach, “maar vanaf nu is het gewoon Matthias voor jou, net zoals voor jou, Dora. Ik heb het niet zo op formaliteiten. Als ieders plaats maar duidelijk is.” Waarop Juliette het niet kon laten om nogmaals een reverence te maken. “Kom, ik zal je aan mijn vrouw en mijn slavin voorstellen.” Matthias bleef haar verrassen. Vrouw èn slavin? Zijn vrouw bleek een oude dame, duidelijk nog ouder dan hij. De slavin stelde zich voor als ‘slavin Magdalena’; ze schatte haar leeftijd op een jaar of veertig vijftig. “Kom ga zitten,” stelde Matthias voor, “jij ook Dora.” Tot haar verrassing gold dat ook voor zijn vrouw zowel als zijn slavin. “Dit was niet wat je verwachtte, niet waar?” begon Matthias meteen toen iedereen zat: “Je verwacht twee echtparen, en niet een meester, slavin en een echtgenote. Om met dat eerste te beginnen, we hebben achteraf besloten dat jullie hierna op bezoek gaan bij meester Bernhard en zijn slavin Geertruida. Niet alleen wil ik jou eerst het een en ander over onszelf en onze achtergrond vertellen, en met name over het ontstaan van het Genootschap. Dat is voor jou belangrijk als ambassadrice, maar niet iets voor een vergadering. Dat geldt op een heel andere manier ook voor Bernhard en Geertruida. Ook hun achtergrond en persoonlijke situatie zijn voor jullie beide, ook voor Dora dus, van belang. Mijn verhaal gaat over het ontstaan van het Genootschap, vandaar dat van belang is Juliette, als ambassadrice van het Genootschap. Maar jij mag meeluisteren hoor, Dora. Dat mogen Gecertificeerd Dienstmeisje natuurlijk altijd, maar ik zeg het er nu maar even bij.” “Dank u wel, meneer Matthias.” “Goed zo Dora, je bent keurig opgevoed. Ook voor jou geen meester, inderdaad, maar wel ‘meneer’. En zolang we onder elkaar zijn is het meneer, of Matthias, nooit beide,” en gaf een knikje naar zijn vrouw. “Ik ben dus Josephine, vrouw van Matthias, en zijn slavin in ruste. Ik ben inmiddels 79, dat is wat oud voor een actieve slavin, dus heb ik voor Magdalena’s komst gezorgd. Ze is daarmee ook aan mij gehoorzaamheid verontschuldigd, maar ze is natuurlijk van Matthias. Maar omdat ik een belangrijke rol heb gehad in het ontstaan van het Genootschap wilde Matthias graag dat ook ik bij dit gesprek ben. Waar ik overigens zelf op gestaan had, mocht hij het niet voorgesteld hebben. Op de Kringbijeenkomst zal ik overigens ook altijd aanwezig zijn, maar er geen echt actieve rol vervullen. Je kunt echter altijd bij mij terecht voor een gesprek ... over wat dan ook. Je hart bij mij uitstorten, advies vragen, of om een kletspraatje verlegen zijn, ik ben er voor je. Goedbeschouwd is dat ook een belangrijke rol, nietwaar.” De glimlach van Matthias op die laatste opmerkingen was duidelijk. Hij hield van zijn vrouw en had niets dan respect voor haar. Ook al was ze zijn slavin, pardon, slavin in ruste. Maar ja, dat was hun al duidelijk geworden door haar opmerking dat zij het was geweest die voor een nieuwe slavin had gezorgd. “Ik leerde Matthias kennen toen ik 27 was. Ik had al een heftig liefdesleven achter de rug. Het was eind jaren zestig en Histoire d’O van Pauline Réage was net in het Nederlands uitgekomen. Het was alsof mijn wereld op zijn grondvesten schudde, zo gegrepen werd ik er door. Voor mij was het simpel: zo wilde ik zijn. Dit was wat ik al die wilde jaren vol seksuele uitspattingen had gemist. Een volledige overgave aan een man, aan een Meester. Natuurlijk had ik in vorige liefdes geëxperimenteerd met harde sex, bondage en pijn, maar geen onderwerping. In die tijd ontmoette ik Matthias en viel ik voor zijn beminnelijke zekerheid. Het gemak waarmee hij beslissingen nam. Zijn oog voor datgene wat ik nodig had. De tederheid die hij afwisselde met zijn ongeremde sexualiteit. Maar ik wist: ik zou het voorzichtig moeten opbouwen. Hij was 20, een goede minnaar en beslist niet meer groen als gras, maar sm? een meester? met hem daarmee overvallen zou ik hem wegjagen. Maar zijn zelfverzekerdheid, en zijn aanvoelen van wat ik voelde en nodig had, dat zei me dat hij het was, mijn toekomstige Meester. Dus toen ik 28 werd en Histoire d’O al een tijdje door het huis heen zwierf en ik wist dat hij er in gelezen had zonder er commentaar op te geven, durfde ik het hem eindelijk te vragen: ‘Mag ik je Slavin worden, en jij mijn Meester?’ Zijn reactie had ik echter niet verwacht. Hij keek me aan en zei: ‘Zo, wil je dat,’ op zijn typerend licht sarcastische toon. Ik weet nog dat ik rood hoofd kreeg en alleen kon knikken om daarna naar de grond staren. ‘Goed’ hoorde ik hem zeggen: ‘Kleed je uit en kniel voor mij neer’. Ik wist niet hoe snel ik hem moest gehoorzamen. Wel prijsde ik mij gelukkig dat ik het bij hem thuis gevraagd had, niet in restaurant, wat ik eigenlijk van plan was geweest. Dit was immers wat ik wilde. Toen ik gehoorzaam naakt voor hem neergeknield zat, had zijn volgend bevel, ja, zo was het echt, een bevel, niets vriendelijks meer, maar een strengheid die ik nog niet van hem kende: ‘Gezicht op de grond, billen zo hoog mogelijk en stil blijven liggen’. Ik hoorde hem rommelen en kon niet zien wat hij deed. Daarna voelde ik dat hij naast me stond. ‘Je krijgt er 12 en liggen blijven’ was alles wat hij zei. Wat voor 12, daar mocht naar raden. Voor ik het wist werd ik geslagen met iets hards, midden op billen. Natuurlijk wilde ik protesteren, omhoog komen. ‘Stil blijven liggen, zei ik’, zei hij met harde bozige stem. Hij drukte zijn voet in mijn nek om dat kracht bij te zetten. ‘Hoeveel nog?’ vroeg hij streng. ‘Elf ... Meester,’ wist ik uit te brengen. Maar dat te mogen zeggen: ‘Meester’, dat vervulde me met een immens geluksgevoel. Dit was waarnaar ik verlangd had, waarop ik had gehoopt. Die elf, die kwamen er en zonder dat hij me nog moest vermanen. Daarna kon ik eindelijk zien waarmee hij me gestraft had: een lange houten liniaal. Die later al snel werd vervangen door een cane, maar dat hadden jullie wel verwacht, neem ik aan. Maar elk jaar, wanneer ik mijn slavin-zijn samen met hem vier, mag ik me weer op dezelfde manier voor hem uitkleden en voor hem neerknielen om mijn 12 slagen in ontvangst te nemen. En alleen dan en dan alleen met diezelfde liniaal als toen. Ook nu nog, zelfs nu ik een slavin in ruste ben, en nog altijd: in dankbaarheid.” Het was heel stil. Zo’n mooi verhaal. Ze realiseerde zich ook hoe bijzonder het was, in zoveel opzichten. Een slavin die het initiatief nam, dat raakte haar. Dat wilde ze meenemen voor zichzelf. Ze wist niet of zij dat zou kunnen. Matthias nam het weer van haar over. “Het was Josephine die ons in contact bracht met Rudolf en Rebecca, en later met Egmond en Eleonora. Al snel gingen we samen, met zijn zessen dus op vakantie. We deelden elkaar slavinnen, de slavinnen ondermijnden gezamenlijk ons gezag. En toen één van ons een nieuwbouwproject wilde starten, besloten we ons daarbij aan te sluiten. Ieder een eigen huis, maar wel zo met elkaar verbonden dat we binnendoor naar elkaar toe konden. Later breiden we het zelfs uit met een gemeenschappelijke ruimte. Het was op 8 februari 1971 dat we ons het Genootschap gingen noemen. Om als eerste daad een gezamenlijk vakantiehuis te laten bouwen. Maar het was vooral de combinatie van juist deze drie stichters die het mogelijk maakte zo snel grote stappen te zetten. We hadden een vermogend vastgoed makelaar naast een psycholoog, en een regisseur, ik dus. Onze slavinnen waren respectievelijk topmodel, kleuterjuf en actrice, oftewel,” waarbij hij een knikje gaf naar zijn gade: “Josephine.” “Het was op die 8 februari 1971 dat wij mannen een gezamenlijke eed aflegden: de belofte dat we altijd voor elkaar zouden zorgen en voor onze vrouwen. Dat hun welzijn heilig voor ons zou zijn. Dat onze zorg voor hen altijd op de eerste plaats zou komen. Die eed schreven we zorgvuldig op en zworen hem nogmaals in aanwezigheid van onze vrouwen, om daarna het als document te ondertekenen. We vroegen onze vrouwen om dat eveneens te doen, maar als getuigen. Toen verraste de Josephine ons. Ze had een prachtige toespraak voorbereid, natuurlijk, ze was actrice, maar toch. Ze vertelde hoe verbonden wij met elkaar waren. Mannen met mannen, vrouwen met vrouwen. Maar ook als meesters en slavinnen. Ze zei dat zij, slavinnen, ook een document wilden. Dat ook zij een eed wilden afleggen, een eed van gehoorzaamheid. En zo geschiedde het. Een jaar later, 1972 dus, hebben we van ons Genootschap formeel een vereniging laten maken. Weer op 8 februari. Wat daarmee dus de formele oprichting van het Genootschap betekende. Acht februari negentientweeënzeventig. Zodat komend jaar het Genootschap 50 jaar bestaat. We stopten allen daar ons vermogen in, net zoals ons inkomen. Dat vermogen groeide, net zoals het aantal leden. Langzaam, maar gestaag. Het Genootschap is groot geworden. Het Instituut voor Discipline Onderzoek & Advies werd opgericht, en later de Kostschool voor Moeilijk Opvoedbare Meisjes als kweekvijver voor onverwachte talenten. Maar inmiddels zijn we echt groot geworden, heel groot. Te groot in de ogen van sommige leden. Ze hebben daar zeker een punt. We hebben meer dwarsverbanden nodig tussen de leden. De oprichting van het Genootschap van Slavinnen vijftien jaar geleden hielp, maar er is meer nodig blijkt. De bottom-up top-down strategie werkt onvoldoende. Er zijn dwarsverbanden nodig. Tegenspraak. Maar hoe? Tot daar ineens onze grootste ontdekkingen sinds jaren was. Moniek en haar echtgenoot Anthony. En jij Juliette.” Natuurlijk moest Juliette blozen. Maar ze werd er ook opstandig van. “Meneer, eh Matthias, ik moet protesteren. Ik ben niet eens een echte slavin. Mijn Meester heeft onlangs nog ontdekt dat ik zelfs nog maagd ben!” Het was Josephine die onbezorgd in de lach schoot. Toen durfden de anderen ook. “Ik wilde dat ik nog maagd was, Juliette, toen ik slavin werd. Het had het afleggen van de eed als slavin zoveel mooier gemaakt. Maar ik was dus gewoon maar een sletje. Er ligt altijd zo’n nadruk op de seksualiteit van slavinnen, vooral onder elkaar. Ik wil daar heel graag vanaf. Ik mag dan een slavin in ruste zijn, zonder een ‘publiek’ seksueel leven, maar ik ben er niet minder ‘slavin’ om.” Juliette glimlachte om wat ze zeggen ging: “Ik wordt binnenkort ontmaagd mevrouw. Het schijnt dat men daar iets bijzonder van wil maken. Iets met de Kringbijeenkomst.” Nogmaals schoot Josephine in de lach: “Je bent heel grappig Juliette. Maar ik hoop dat de aanwezigen het dan onder elkaar willen houden. Wat wellicht een contradictio in terminus is. Maagden zijn mythisch weet je, en dat zou goed zijn voor je aura als ambassadrice. Maar wellicht dat je plechtige ontmaagding hetzelfde effect heeft op de beeldvorming van jou binnen de gemeenschap.” Waar Juliette weer om moest lachen. Een plechtige ontmaagding die algemeen bekend zou worden, en als een soort mythische gebeurtenis doorverteld zou worden binnen het Genootschap. Het zou vast haar status als ambassadrice vergroten, daar kon ze zich wel iets bij voorstellen. Maar of ze daar nou zelf zo blij van werd? Ach waarom ook niet. Het voorkwam het steeds moeten uitleggen waarom ze zo’n vreemde eend in de bijt was binnen het Genootschap. En haar ervaring in de diplomatie had haar geleerd dat dat beslist een voordeel was. Het maakte ook dat zowel Josephine als Matthias meer wilde weten over haar. En over Dora, en de bijzondere relatie die zij met elkaar hadden. Ook dat was immers ongehoord: een slavin met een Gecertificeerd Dienstmeisje. De tijd vloog en op enig moment nam Matthias weer het initiatief: “Dames. Ik vertelde al eerder dat ik moedwillig jouw gesprek met het ‘oude deel’ van jullie Kring in tweeën heb gehakt. Dat betekent dat ik er ook verantwoordelijk voor ben dat jullie bijtijds bij Bernhard en Geertruida arriveren. Kortom: het is tijd om afscheid te nemen.” Een afscheid wat allerhartelijkst verliep. wie was nou al weer wie? lijst met personages Kostschool: herzien - opent in nieuw tabblad lijst met personages Genootschap - opent in nieuw tabblad en waar speelde zich het allemaal af? het Gebouw - opent in nieuw tabblad © Paul Gérard
verhalen maken dromen waar
|
|
|