Gepost op zaterdag 02 maart 2013 - 09:32 pm: |
|
|
Groot maak ik haar klein.
Eindelijk ligt ze in bed. Ze weet dat ze vroeg moet slapen omdat dat beter voor haar is. Toch blijft ze dan hangen op de bank, in mijn armen, tegen mij aan. Ogen dicht en heel zacht hoorbaar haar ademhaling die licht kreunt. Zij weet dat als zij naar bedje moet, ik moet gaan en doet alles om het moment van afscheid uit te stellen. Netjes met haar handen boven de dekens ligt zij daar. Ze heeft even haar bril op en weet dat ik erg geil word van meisjes met brilletjes. Ze is braaf. Ik voel mijn erectie. Ik vertel haar nog een verhaaltje over een meisje die zoveel wilde dat ze helemaal de weg kwijt raakte. Ze knikt naar Pappa en begrijpt Pappa. Ze zegt niets. Mijn hand gaat nu onder de dekens en ik voel haar naakte lichaam. Ze ligt als opgebaard. Haar ogen sluiten als zij mijn hand voelt gaan. Zij weet waar mijn hand naar toe moet. Langzaam gaan haar benen uit elkaar. Dan voel ik wat van mij is. Ik voel mijn bezit. Bezit dat niet kan liegen want het meisje is nat. Ik masseer haar naakte kutje en laat mijn vinger gaan tussen haar lipjes en ga dan bij het meisje naar binnen. Ik hoor geen gekreun, maar meer een zucht van opluchting. Pappa is in haar. Als Pappa in haar is, is zij compleet. Zijn vingers, zijn lul, waar dan ook, welk gaatje ook. Als Pappa maar in haar is. Dan voelt ze de echte Rust. Haar eeuwige leegte is dan voorbij. Mijn vinger gaat dieper en met veel gemak. Ze is zo nat, en ik weet dat ik met dit kutje alles kan doen, ook wat zij niet wil. Het meisje heeft geen keuze. Ooit, jaren geleden, was er maar één moment een keuze. Niet daarvoor en niet daarna. Maar één moment. Haar keuze nam ik. Nu leeft zij met haar ogen dicht en vol vertrouwen. Zij kent haar plek en plaats. Ik geniet nog even verder van mijn kutje. Zachtjes speel ik met haar en haar gevoelig plekjes. Zachtjes maak ik haar meer mij. Zachtjes geef ik wat ze hard nodig heeft. Nog steeds ligt ze stil, maar wel iets minder stil. Ze weet dat Pappa wil dat ze stil ligt en ondergaat. Alleen soms is ze stout en zijn haar gevoelige plekjes de baas. Twee vingers. Ze heeft het moeilijk. Aan haar mondhoeken zie ik een lichtelijk neiging op komen om te gaan smeken. Maar dat mag niet van Pappa. Smeken heeft geen zin, alleen Pappa bepaalt wat er gebeurt. Dat weet het meisje zeer goed. Drie vingers. Een deel van haar lichaam ligt nu niet meer stil. Ze zou nu zo graag willen liegen maar haar kutje heeft hele andere ideeën. Vocht loopt nu uit haar kutje naar haar bilspleet en maakt een vlekje in het laken. “Moet Pappa jou neuken meisje? Moet jij Pappa's zaad ontvangen in het kutje wat zijn bezit is?” Omdat ze meer braaf dan stout is, is ze ook stil. Want zij weet dat ze daar helemaal niets over te zeggen heeft. Ik maak mijn broek los. Ga naar het hoofdeind van het bed en zeg: “Mondje open meisje.” Mijn eikel glijdt naar binnen en het meisje zuigt meteen. Ze zuigt dankbaar en doet haar taak naar behoren. Mijn hand in haar nek laat haar wederom geen keuze als ik heel diep ga en haar de adem ontneem. Ik tel de seconden af alvorens ik terugtrek en dan een teug adem hoor gaan die als een oerschreeuw klinkt. Ik herhaal dat patroon enige tijd terwijl ik nog steeds mijn kutje onder handen neem. Mijn tempo gaat omhoog en ik neuk haar nu gestaag in haar mondje. Adaptie is één van de mooiste worden die ik ken. Het is nu tijd en ik kom diep in haar keeltje. Zij is heel braaf. Voor ik ga kom ik nog even naast haar liggen op bed. Nu weet ik zeker dat zij lekker kan slapen en dromen. Zij ligt tevreden tegen Pappa aan en wil dat ik nooit meer wegga. Ik kus mijn meisje, hou haar vast, zeg niets en voel alleen maar hoe mooi zij is. Bij de deur kijk ik nog even naar haar als ik ga. Een prachtige volwassen vrouw die nooit het meisje in haar in de steek heeft gelaten opdat ik het mocht vinden. Ben ik een vrager of een antwoord. Ben ik een Maker of een Meester. Vertaal ik slag of woord. Waar schuilt mijn waarheid als wij alle samen leugens zijn. Wie moet ik brengen en wie zal ik brengen, welk meisje is mijn deel. Wie maakt de wereld rond en brengt de evenaren samen waar evenaren zijn zonder Zon en Maan. Waar onze duisternis van verlangen niets meer kan evenaren dan slechts samen-zijn. Maak ik mijn wetten die moeten breken in het aanschijn van het licht, of zal ik waken opdat taken verricht, zullen maken dat duisternis verlicht. Is zij daar waar ik wacht, is zij klaar. Is zij voor mij en al zo lang. Is zij vrij in mijn gevang. Is zij niets anders dan mijn keuze om te nemen, of is zij vrij te geven wat zij niet heeft. Is zij het meisje zonder vragen waar ik geen antwoord ben, maar slechts een vraag die ik nooit zal stellen. Zal zij rusten zonder antwoord omdat stilte ons geheim is. Het is niet haar schoonheid die ik zal breken, slechts het vernis van haar dromen die mijn scheuren vertonen als een markering in tijd. Als palet en schilderij vorm ik haar tot mij. Een beeltenis in oneindige kleuren zonder einde en dichtbij. Een wasdom van mijn spiegel, vervolmaking van haar zijn, het meisje totaal van mij. Kan ik waarheid vinden in de leegte van bestaan. Kan ik waken waar zij gaat. Kan ik zijn voor haar, zonder meer. Waar pareer ik haar verlangen en blijf staan zonder vraag. Waar zijn we samen zonder zijn. Zonder antwoord, alleen van mij. Ik zal niet wachten tot zij komt. Zij is. Al. Zij wacht op mij. Zij rest geen vrijheid, dat weet ze al heel lang. Voorbij is haar einder en horizon. Nergens wacht nog een vraag. Slechts één antwoord. Ik zal die niet geven maar wel schenken in de mate van haar verlangen. Het meisje is van mij. Niets en nergens anders. Ik ben haar geweten zonder vraag en antwoord. Ik ben haar zijn zonder bestaan. Ik ben haar Meester. Ze mag bij Pappa komen. Haar glimlach is nog mooier als zij naar beneden kijkt, alsof dan haar mond pas echt spreekt. De lange bruinen krullen in haar haar dansen in de pas en beweging van haar lichaam, zoals alleen een meisje door verschijning een waarheid kan dansen, die schijnbaar echt is en evengoed altijd schijnloos een droom. Ze loopt op water en haar geur komt nader, onmiskenbaar dichterbij, ik ruik haar geur van water, de kleur komt later als zij haar ogen open schijnt. Ze knielt. Ik kijk neer op haar naakte schoonheid, in haar eeuwen en tijd van haar beeld. Zoals zij altijd is geweest en waar ik eindeloze jaren moest vechten om niet in woorden te verklaren hoe meer zij mij maakt - als alleen het Beest. Hoe ik voor haar moest strijden, het meisje van mij, de Arena overleven om bij haar te zijn. Elke droom is zonder tijd. Nergens dwaalt daar een spoor van verlangen, nergens is minder meer of meer minder en maken wij liefde gelijk. Gelijk de liefde.
|
|
|