De Vlucht, deel 7 Waarin Sandra poseert voor foto's in de catalogus
Ik heb op bed gelegen. Alles aan me was zwaar. Alles aan me leek niet van mij te zijn. Ik dacht aan douchen en werd panisch. Dus voel ik me nog altijd vies, misbruikt en geschonden. Ook dat gevoel maakt me panisch. Okee. Ten behoeve van foto 1 werd ik op een sofa gemanoeuvreerd. Er werd mij bevolen om mijn witte bloes half open te knopen. Er werd mij bevolen om mijn linkerschouder te ontbloten. Ik moest mijn benen spreiden. Ik schrok, toen ik de handboeien zag, waarmee mijn polsen op mijn rug werden gedwongen. Een bewaker, Kharg (gore klootzak), begon om me heen te lopen met een fototoestel. Hij wilde dat ik met wijdopen ogen in de lens kijk, alsof iets engs me naderde. Hij drukte af en was niet tevreden. "Je zit erbij alsof je in de hondenstront hebt getrapt." Vind je het gek? Er werd aan me gesjord en getrokken. Opnieuw liep Kharg om me heen. "Geef me een blik alsof ik jouw leraar Economie ben, die je heeft laten nablijven om je onverhoeds vast te binden." Wat voor blik trok je in godsnaam zo'n geval? Ik onderdrukte de neiging om wat gekke bekken te trekken, want dan zou ik vast en zeker klappen krijgen. Die kreeg ik nu ook, nadat Kharg nog driemaal "Shit, dit is niks" had geroepen, direct nadat het flitslicht me verblindde. "Het is heel simpel. Of je doet je best om een beetje sexy over te komen, of we veranderen het plan. Dan maken we de prachtigste naaktfoto's van jou, zonder dat het er een moer toe doet hoe je in de lens kijkt. Zullen we dat doen? Zeg het maar, hoor. Maar of je dat zo leuk zal vinden, betwijfel ik." Ik beloofde dat ik mijn best zou doen. Ik probeerde me in te leven in mijn rol, de onverhoedse gevangene voor seksuele doeleinden. Ik probeerde het echt, maar ik kon me er niet toe zetten. Ik was dan ook stomverbaasd toen Kharg, na weer een flitslicht, zei dat het ditmaal een stuk beter was. Ik vroeg me af wat ik beter gedaan kon hebben. Kharg hurkte bij me neer, de lens van het toestel gericht op de handboeien, die in close-up werden gefotografeerd. Dat was zo gebeurd, want handboeien kunnen niet kijken alsof ze net in hondenstront hebben getrapt. Ik werd overeind gesommeerd. Ik werd bevrijd van de handboeien. We gingen een gang in. Twee deuren verder was een lege kamer. "Kleed je uit tot op je ondergoed," klonk het nonchalant achter mij. De stem hoorde bij Zsolt, de andere bewaker. Ik stond te aarzelen, verloren met mezelf. Zsolt pakte me vast, op zoek naar knoopjes. Ik beet naar zijn hand. Ik kreeg een klap. Ik kreeg een preek. De Straf kwam ter sprake. Mijn angst won het van mijn trots. Even later stond ik mijn ondergoed voor twee kerels. Ze waren niet geďnteresseerd. Ze prutsten met de camera, waarop het één of andere knopje weigerde naar behoren te functioneren. Ik moest op de grond gaan zitten, met mijn rug tegen de muur. Zsolt legde wat touwen neer en bond daarmee mijn enkels, knieën en polsen. Mijn knieën moest ik optrekken en mijn polsen moest ik op mijn knieën leggen. Het licht werd gedimd tot schemerig roodachtig. Kharg wilde dat ik mijn hoofd diep boog. Mijn haren werden gekamd en als een gordijn voor mijn gezicht verspreid. Ik hoefde niet als iets te kijken. Ik... Ik voelde een naamloze, anonieme macht, een man waarschijnlijk, zonder te weten wie. Voor hem zat ik hier, en het was opwindend om me zijn ogen te verbeelden die me bekeken. De flits brak de betovering. De schaamte was terug. Even later zat ik janken. Ik zag Zsolt twee kettingen ophangen aan de haken in het plafond. Onderaan de kettingen bungelden leren banden. Zsolt scheen het niet erg te vinden dat mijn ogen betraand waren, terwijl hij me losmaakte. Voor mijn angst had hij geen consideratie. Ik werd met enige dwang overeind geholpen en tegenover de kettingen opgesteld. Kharg trok aan mijn armen tot ze netjes recht langs mijn lichaam hingen. "Kijk naar de kettingen," zei hij in mijn oor, "En bedenk maar hoe je je zal voelen als die leren banden straks om je polsen zitten." Terwijl Kharg om me heen drentelde, sloot ik mijn ogen. De anonieme macht was er nog. Ikzelf niet. Het was een ander meisje dan ik. "Open je ogen," klonk het rechts van mij. De flits kwam vrijwel meteen. "Hoe doen we het," vroeg Zsolt, terwijl hij me tussen de kettingen duwde. "We proberen het soft," zei Kharg. "Ze heeft uitstraling." Soft betekende dat ik met een venijnige trap in mijn knieholten op mijn knieën word gedwongen. "Spreid je dijen zover als je kunt en doe je armen omhoog." De leren banden werden rondom mijn polsen bevestigd en vastgesjord. Mijn armen hingen loodrecht omhoog. Tijdens het met gespreide benen wachten had ik even de illusie alleen te zijn. Ik werd stilletjes en stiekem gadegeslagen... door de anonieme macht. Ik voelde iets wat ik niet, maar toch ook weer wel ken, van iets anders dan dit. Het was vaag maar onmiskenbaar. Tussen mijn knieën en enkels kwamen stokken, met leren riemen vastgemaakt. Ik zat met gesloten ogen en gebogen hoofd. Mijn haren kriebelden langs mijn schouders. Een lok gleed over mijn neus. "Open die ogen," klonk het, gespannen. De flits verblindde me. "Gelukt," vroeg Zsolt. "Beter dan ik verwacht had," antwoordde Kharg. "Plak haar mond dicht. Of nee, we nemen een dun lint. Wit lint." Ik protesteerde voor de vorm toen Zsolt me vroeg mijn mond te openen. Hij hoefde me niet te slaan, alleen wat dringender te vragen, om te krijgen wat hij wil. Een balletje verdween in mijn mond, achter mijn tanden. Een wit lint spleet vervolgens mijn lippen. "Onder haar haren vastknopen, Zsolt," zei Kharg, terwijl hij opzij van me hurkte. "Je weet best dat je nu erg mooi bent, Sandra," zei hij. "Doe je ogen dicht en weet het." Ik deed mijn ogen dicht. Er was niets. Ik dacht niets. In mijn fantasie zag ik ogen. Felle ogen met iets gulzigs, maar ook iets bewonderends. "Open je ogen." Zenuwen trokken door mijn buik. Wat ik dacht, kon niet. Zo zag ik er niet uit. "Geef me een traan, Sandra. Eén langzaam omlaag rollende traan." Ik schudde mijn hoofd vertwijfeld, maar voelde de verlangde traan. Wanneer ik met mijn hoofd zou blijven schudden, zou de foto mislukken. Wanneer ik nu mijn neus leeg zou snuiven, ook. Maar ik bevroor, tot na de flits. Pas daarna snikte ik het uit. Waarom toen pas? Waarom niet eerder? "Snel, Zsolt, uit met dat ondergoed." Terwijl Zsolt als een razende mijn ondergoed in stukken scheurde, hurkte Kharg schuin voor me neer, om mijn tranen in de zoeker te vangen. "De zweep, Zsolt, de grote." Zsolt rende. Hij haalde het. Ik was nog niet klaar met snikken toen de zweep, achter mijn rug geheven, mijn billen kietelde. Het moment werd vereeuwigd om straks gezien te worden door weet-ik-hoeveel mannenogen. Mijn lichaam zal minutieus bestudeerd worden. Het zal gekeurd worden, min- en pluspunten. Vervolgens zal de broek omlaag gaan. Op welk lichaamsdeel zullen hun ogen zich fixeren? Er zijn twee mogelijkheden, en het zijn niet mijn handen en mijn voeten. Sorry, even gehuild. Eindelijk mag ik huilen zonder dat iemand vindt dat ik op zo'n moment op de gevoelige plaat vereeuwigd dien te worden. Ik ben alleen en veilig nu, en ik moet van die gelegenheid gebruik maken om te uiten wat ik werkelijk voel. Klootzakken! Ongelooflijke klootzakken! Tien slagen met een zweep, dat is wat jullie lekker vinden. KLOOTZAKKEN! En je dacht dat ik er heimelijk van genoot. Je wist, dat ik dergelijke dingen al jaren heimelijk fantaseer. Nou, je hebt het mis, klootzak. Van mij krijg je niets, behalve alles wat je van me afneemt. Meer krijg je niet. Ik mocht me aankleden en een paar minuutjes rusten. Ik stond in de kamer, panisch om te gaan zitten, want elke houding kon een verleidelijke pose zijn. De mannen dronken een bakje koffie en negeerden me volkomen. Mijn op hol geslagen hart kwam een klein beetje tot rust. Ik voelde weinig, toen ik mezelf na de pauze in een lichtgroen zomerjurkje hulde. Ik moest in de hoek gaan staan. Nee, ik moest in de hoek knielen, met mijn kont naar achteren. Ik moest over mijn schouder kijken en met mijn rechterhand mijn jurkje een stukje optillen. Met mijn linkerhand moest ik een vuist maken, en die moest ik tussen mijn benen duwen. Ik moest geil kijken, dat wil zeggen, mijn ogen zo ver mogelijk open en mijn mond een ietsje. Ik voelde me allesbehalve geil, dus geil heb ik niet gekeken. Maar Kharg vond van wel, dus wie was ik om het dan niet goed te vinden? De laatste foto. Decor: een weelderig ingerichte slaapkamer, met onder andere een hemelbed. Ik zat in kleermakerszit op dat bed, gekleed in dat jurkje, en was omringd door touwen, kettingen, handboeien, zweepjes en klemmen. Ik moest lachen. Zsolt vertelde me een mop om me te laten lachen. De mop was zo flauw dat ik het waagde om hem na de clou honend aan te kijken, met mijn strakste gezicht. "Je mag ook wel huilen, als je dat liever hebt. Moeten we je even aan het huilen maken?" Okee, ik heb het begrepen, hoor Kharg. Ik zal gedwee meewerken, omdat je het zo lief vraagt. Ik verbeeldde me Zsolt, met zijn bleke huid en zijn zorgelijke gezicht, wanneer hij thuiskwam bij zijn vrouw, vol wratten en tandeloos, minstens honderd kilo. Ik moest meteen lachen, zo oprecht dat Kharg tevreden was met de foto. "Mijn lieve Sandra, volgens mij ben jij niet alleen een erg mooi meisje. Volgens mij heb jij ook best een helder verstand. Vandaar dat ik je best in staat acht om wat leuke onderschriften bij deze foto's te bedenken." Höberger stopte de foto's terug in de envelop. Hij gaf ze aan mij. "Vergeet niet dat deze foto's bedoeld zijn om jouw prachtige lichaam te verkopen. Hou daar rekening mee. Bekijk de foto's met mannenogen en zeg me vervolgens wat je ziet." Hij grijnsde, om me te laten merken dat hij van dit spelletje genoot. Mij mezelf te laten bekijken, met het doel mij mezelf te laten verkopen. Leuk plannetje. En als ik weigerde mee te werken... "Als jouw bedenksels me niet bekoren, dan vrees ik, dat ik je zal moeten straffen." Ik keek onwillig naar de envelop. Ik haalde diep adem. Ik viste de stapel foto's eruit. Ik draaide de stapel om. Ik staarde naar mijn angstig glanzende ogen, die me vanaf de sofa aanstaarden. De lens bekeek me vanaf iets hoger dan mijn voorhoofd, dat glansde, net als mijn blote schouders. Tussen de bovenste open knoopjes van de bloes was in de schaduw mijn huid zichtbaar, en een flink stuk wit van mijn beha. "Wat zie je, Sandra? Vertel me gewoon maar wat je ziet?" "Er komt iemand aan, mijn... mijn belager. Hij heeft slechte plannen." Höberger streek nadenkend over zijn glad geschoren kin. "Dat is inderdaad zo'n beetje de strekking van de foto. Maar jouw formulering bevalt me niet zo. Het prikkelt niet. Bovendien bekijk je de foto vanuit je eigen standpunt." "Ik kan niet kijken vanuit een ander standpunt." "Dat kun je wel. Je wilt het alleen niet. Verbeeld je nu eens even, dat je, zeg, een rijke zakenman bent van middelbare leeftijd. Na een loodzware dag op kantoor zit je alleen in je studeerkamer. Je hebt je vrouw verteld, dat je de hele avond door zult moeten werken aan iets belangrijks. Ze hoorde je nauwelijks, want ze was, gekleed in haar tuinbroek en Mickey Mouse sweater, bezig de kinderen naar bed te brengen. Daarna zal ze TV kijken en niet aan je denken, je weet dat, maar het kan je niet schelen, want je hebt de catalogus. Hij ligt voor je neus op het bureau. Je slaat hem open. Je ziet deze foto. Wat wil je dat daar onder staat?" Ik dacht na. Ik had heel veel zin om het pak foto's door midden te scheuren en de snippers in Höbergers gezicht te gooien. Als ik dat zou doen, zou ik mezelf niet compromitteren. Ik zou alleen maar De Straf krijgen. Ik voelde de dopjes geplaatst worden... "Vreemd twinkelende ogen peuzelen aan haar onschuld. De glans in die ogen vertelt haar ondubbelzinnig dat dit nog maar het begin is." Höberger keek op. Zijn ogen twinkelden vreemd. "Heel goed. Héél erg goed," zei hij verrast. "Schrijf dat op, Josip." Höberger gebaarde me om door te gaan. Met een brok in mijn keel haalde ik de close-up van de handboeien tevoorschijn. Mijn polsen waren vingerdun in het dikke metaal. Mijn gladde, rechte rug werd onscherp naar boven toe. Een paar schemerige rode lokken vulden de rechter bovenhoek. Het was geen lelijke foto, ik moest het erkennen. De getoonde situatie leek niet grotesk of geforceerd. Het rug van het meisje leek niet hetzelfde te voelen als wat ik voelde toen die boeien om mijn polsen zaten. "De metalen oorzaken van haar machteloosheid." Höberger keek op. Ik bloosde tot in mijn hals. Uit mijn ooghoeken bleef ik de foto zien. Mijn ogen trokken er naartoe. Het meisje was ik, zeiden mijn trillende handen, en ze zat daar niet vrijwillig, zei de nerveuze kramp in mijn buik. "Fantastisch. Die alliteratie is werkelijk zeer prikkelend. Ga door." De lege kamer. Ik ben klein in lege kamers. Nietig en nederig zat ik daar, alsof... ik droom wel eens vreemde dingen. Die foto leek een uittreksel uit een droom. Kon ik het een vunzig kiekje noemen? Kan ik het nu, nu ik de waarheid mag zeggen, een vunzig kiekje noemen? Nee. Alleen de intenties zijn vunzig. Ik was mooi op die foto om als koopwaar uitgekozen te worden. Dat is wat er schortte aan die foto: de illusie, dat ik mooi was voor mezelf, of voor een anonieme macht, is vals. "Ze wacht in eenzaamheid op meer ellende." "Fout. Fout. Fout. Ze wacht in eenzaamheid, dat kan, dat is acceptabel. Maar je wacht natuurlijk niet op meer ellende. Dat is fatalistisch. Ze wacht in eenzaamheid, terwijl ze zich afvraagt of er iemand is die haar zal redden. Schrijf dat op, Josip." Ik sla om naar een nieuwe foto. De kettingen aan de rechterkant, en ik links. Ik wend mijn blik af. "Dit is niet wat ze dacht toen hij de touwen lossneed," mompel ik. Ik wist dat hij hiermee tevreden zou zijn. Hij klapte zelfs in zijn handen. "Briljant. Een heerlijke omschrijving. Je inzicht in het sadistische brein is werkelijk buitengewoon." Zijn lof was gemaakt, overdreven, pure pesterij. Maar hij kreeg wat hij wil, een vuurrode blos, trillende lippen, ingezakte schouders, halfdichte ogen die wisten dat ze nergens heen konden vluchten. Ik smoorde mijn wanhoop door de volgende foto te pakken. Snel, bedenk iets waar hij tevreden mee is. Ik zag mezelf geknield, gespreide benen, geheven armen. Ik zag mijn ogen. Ze glansden vochtig en broeierig. Ik keek naar iets anders. Ook sadisten vermijden ogen. Ik zag ze opnieuw. Ik schudde mijn hoofd. Ik wilde weg hier. Ik was nu wel genoeg gepest. "Komt er nog wat van?" "Ik... Ze is tentoongesteld in de... In deze houding wil hij haar bewonderen." "Dat is een onderschrift dat niets toevoegt. Je doet je best niet, Sandra. Wat wilde je zeggen, voor je dat cliché spuide. Ze is tentoongesteld in de..." "Ik weet het niet." "Echt niet?" "Ik moest iets bedenken. Ik weet niks beters." "Ze is tentoongesteld in de pose van haar geheimste dromen. Wilde je dat zeggen?" "Nee," zei ik in paniek. "Schrijf dat op, Josip, want ik vind dat wel een oprechte omschrijving. Goh, dat viel me nou zo maar in." Ik voelde zijn blik mijn oogleden doorboren, me helemaal en overal doorboren. Ik voelde me naakt, naakter dan op al die foto's. Ik kon nergens heen. Alleen naar de dopjes. "Laten we verdergaan," zei Höberger en ik haalde traag de volgende foto tevoorschijn. Ik zag de traan, de echte traan. Ik herinnerde me mijn gevoel. Ik zag het, niet omdat ik het wist, maar omdat het zichtbaar was. De lens had me verraden, ik wist het. Ik voelde het in Höbergers röntgenogen, die door alles heen keken. "Het gelaten besef dat haar niets bespaard zou blijven, maakte niet alleen haar ogen vochtig. Ik souffleer je maar even, mijn lieve Sandra." Ik kneep mijn ogen dicht. Achter mijn oogleden prikte het. Ditmaal waren mijn ogen het enige dat vochtig werd. Ik zweer het, dagboek. "Er zijn meer meisjes die af en toe lustgevoelens kennen. Ik zou er niet mee zitten." Hij had makkelijk praten. Hij zat met geen één van mijn gevoelens. "Een verstand is nu eenmaal niet in staat om alle hormonen te blussen. Maar laten we verder gaan." Ik haalde mijn neus op. Ik wreef met de rug van mijn hand mijn ogen droog. Ik pakte de volgende foto. Mijn tranen en de zweep. Ik voelde woede. "Kijk nog tien seconden goed. Laat dan je broek zakken." Höberger glimlachte fijntjes. Zijn blik werd hard, zijn pupillen klein. Ik begon te rillen. Ik zou De Straf krijgen. Hij had zijn zin. Hij had me net zolang getreiterd totdat ik iets doms deed. Hij kon trots zijn op zijn overwinning. "Vind je dat zelf ook niet een klein beetje smakeloos?" Zijn blik was onverdraaglijk. Hij voelde als De Straf. Misschien was het nog wel erger dan De Straf. "Sorry," zei ik deemoedig. Ik haatte mijn onderdanigheid. Ik haatte het, om te moeten erkennen, dat ik doodsbang was voor deze man. "Dit is waarvoor het lot haar heeft bestemd. De Sade-achtig. Ken je De Sade?" "Nee," mompelde ik. Ik wilde hem niet kennen. "Leg dan maar de volgende foto boven. Dan zie je wat De Sade vindt dat je bent. Zeg me, wat je bent." "Een seksslavin," zei ik gelaten. "En wat zetten we onder de foto?" "Maak kennis met Sandra, een diertje van afwisselend een pijntje en een pleziertje." Ik verbaasde hem met dit razendsnelle, feilloze antwoord. Ik verbaasde hem tot het punt van de verontrusting. Ik had een overwinning geboekt, ik las het in zijn ogen. Ik genoot in stilte. "Moet ik dat opschrijven?" vroeg Josip. Hij kauwde op zijn pen. "Ja ja, doe maar. Nog twee foto's." Ik aarzelde bij de foto van het quasi-kleine meisje in de hoek, klaar voor straf, en bovendien gewillig. Het leek me verstandiger om geen goed antwoord te geven. Ik kon mijn overwinningen beter proberen te scoren op andere momenten dan deze. "Ze hunkert naar jou." "Veel te overdreven en bovendien onwaar. Ze weten best dat jij niet hunkert. Kom ontdekken hoe ze te temmen is, dat lijkt me wel aardig. En dan de laatste, en ik wil een goed antwoord. Anders zal ik me nog een onschuldig spelletje met jou veroorloven." Hij was echt kwaad, zo leek het. Of was hij toch nog steeds meester van de situatie, en deed hij alsof hij uit het veld geslagen was? Ik dacht een tijdje na en herinnerde me waarom ik lachte. Als ik het had gedurfd had ik gegiecheld. "Misschien wacht ze op jou." Höberger glimlachte en bekeek me met een rustige triomf. Hij was nog steeds meester van de situatie. "Dat reken ik goed," zei hij. "Zie je wel dat je veel meer kunt, dan je zelf geneigd bent te denken?" Ups en downs wisselen elkaar snel af. Soms lijkt alles een boze, verre droom, die nu even helemaal niet actueel is. Maar ik kan opeens vlekken voor mijn ogen zien, terwijl mijn lichaam aan alle kanten loodzwaar wordt. Dan overspoelen vloedgolven van pikzwarte olie mijn brein. Dan moet ik gaan zitten, en me niet bewegen. Dan moet ik afwachten tot ik weer normaal kan ademen. De meisjes in het dagverblijf roken allemaal. Ik begin sigaretten ook al lekker te vinden. Ik heb gehoord dat je ook joints mag roken, maximaal één per dag. Omdat ik aan de anti-depressiva ben, mag ik dat nog niet. Het lijkt me wel wat, om af en toe een paar uurtjes in een droomwereld te zijn. De TV hier is geen echte TV. De programma's zijn opnamen van de echte TV. Gecensureerde opnamen. Verboden programma's zijn het nieuws, het weer, actualiteiten, alles waarin gevangenissen een rol spelen (de soap van RTL4, Vrouwenvleugel, is niet op ons kabelnet te bewonderen), en alles wat geacht wordt onze tere zieltjes teveel te beroeren. Voorbeeld: Freek de Jonge (?!?). Ander voorbeeld: een documentaire over zelfmoord. Er zijn twee kanalen. Kanaal 1 is voor de soaps en kwissen. Kanaal 2 is voor de rest. In het dagverblijf staat de TV altijd op kanaal 1. De films op kanaal 2 gaan over boy meets girl. Af en toe is er een actiefilm (wat dat betreft is er weinig censuur: Dirty Harry was toch niet de lekkerste film. De lustmoordenaar in het verhaal had een klant van huize Zoetedroom kunnen zijn. Deze schurk kreeg, in tegenstelling tot Höberger, uiteindelijk zijn verdiende loon. Misschien beschouwt men dit soort films als een gezonde uitlaatklep voor onze eigen wraakgevoelens.) Een erotische film heb ik woedend afgezet. Zelfs in je zogenaamde vrije tijd word je dus toch gepest. Van twee dingen snap ik niets. Het eerste is, dat de leidsters van de vrouwentroep toevallig ook de meisjes zijn die de hoogste prijs op hun hoofd hebben staan. Naar hen wordt geluisterd, als ze op de lekkerste stoelen (de andere, "lagere" meisjes, gaan weg als zij daar willen gaan zitten) zitten te breien. Het is mij een volslagen raadsel hoe het kan dat de sociale hiërarchie in onze groep ruwweg synchroon blijkt te lopen met de genietbaarheid van ons lichaam. De beeldschone blondine Jacqueline is momenteel het allerlekkerste slavinnetje (3200 gulden). Dat het in het dagelijks leven een stom en chagrijnig wicht is, dat bijvoorbeeld niet weet dat Japan een kapitalistisch land is, en fout was in de oorlog (al de personages uit Goede Tijden, Slechte Tijden kent ze wel), doet er niets aan af dat naar haar gekwebbel over snoep en kleren geluisterd wordt. Terwijl een meisje als Diana, vriendelijk en aardig, dat met een prachtig enthousiasme kan vertellen over poëzie en literatuur (ze vlucht vaak in ingenieus geconstrueerde vertellingen, zoals ze zelf zegt), nogal links gelaten wordt (volgens Karin kost ze 1700 gulden. Ik vroeg waarom ze dat uit haar hoofd wist. Ze antwoordde "verboden onderwerp"). Het tweede ding, dat ik niet snap: het geroddel en gezeur over de klanten. Gesprekken die gaan over de lengte van Lundberg's geslacht, de douchemethode van Linard, de masturbatiefantasieën van Cronkite. Soms lijken we een harem, waarin de afgunst voor elkaars prestaties in bed sterker is dan onze lotsverbondenheid. Het lijkt belangrijker om veel vunzige details over vieze oude mannetjes te fluisteren, dan elkaar te troosten als we eenzaam in een hoekje zitten, wat geregeld voorkomt bij de "lagere" meisjes, meisjes aan wie de "hogere" meisjes eigenlijk nooit aandacht besteden. Waarom zijn we niet solidair met elkaar? We zitten toch in hetzelfde schuitje? Tanja zag ik donderdag een uur lang wezenloos zitten staren, zonder dat iemand anders haar leek op te merken. Ik ging bij haar zitten, om wat met haar te praten. Ze leek verbaasd, maar ook wel blij met mijn aandacht. Het is een lief, zacht meisje, dat zichtbaar lijdt onder haar situatie. Ze had vannacht haar zoveelste afspraakje gehad, en was vanmorgen opgestaan met de gedachte om haar polsen door te snijden. "Maar ik kon niks vinden dat scherp genoeg was." Inderdaad, de cel is zorgvuldig gespeend van scherpe voorwerpen. Dat was mij ook al opgevallen. Ik deed eigenlijk niks anders dan haar hand vasthouden en luisteren. Ze zei niet veel. Dat wat ze zei, brak mijn hart. Ze leek me aan het eind van haar incasseringsvermogen. Bezorgd vroeg ik me af, wat Höberger deed met meisjes die geestelijk kapot waren. Gunde hij dat soort meisjes een zachte, pijnloze dood? 's Nachts in bed had ik een nachtmerrie over een ondraaglijk zware laatste strijd. Höberger keek giechelend toe, terwijl een meisje dat op Tanja leek, heel langzaam bloedend in elkaar zakte. Ik lag nog lang na te woelen, nadat ik met een gil was wakker geschrokken. Het luchten is zowel een verademing als een marteling. De zon en de wind zijn een regelrechte sensatie. Totdat je de hoge schutting ziet, met prikkeldraad bovenop. Je voelt hoe het is om gevangen te zijn. Je staart naar de lucht, onbereikbaar ver boven je, en staat bijna te janken als je een vogel ziet vliegen. Je beseft dat je de echte wereld misschien nooit meer te zien zal krijgen. Je beseft dat je straks weer terug zult zijn in kunstlicht en kunstlucht. Je zult altijd weer terug moeten. Totdat je geen 1000 gulden meer opbrengt. Karin is naast me. Ze weet wat ik voel. Ze vraagt of ik zin heb om te badmintonnen. "Dan vergeet je je zorgen," fluistert ze. Ik weet dat ze gelijk heeft. Dus sla ik hard tegen de shuttle. Dat helpt. Het geeft niet, dat ik met 1-15, 1-15 verlies. Karin is een engel. Ze heeft een heerlijk gevoel voor humor, dat zelfs in staat is om de zwartste momenten te relativeren. Met haar kletsen, terwijl we tafeltennissen, maakt me lichter en zorgelozer. Humor is een vlucht.
|